United States or India ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Meermalen was ik aan boord half bewusteloos«, vertelde de heer Brödessen, »en telkens wanneer ik uit mijn bezwijming weer bijkwam, leek mij het aantal mijner nog levende lotgenooten verminderd. Zij stierven of gleden bewusteloos geworden met het afloopende water der stortzeeën van het dek.

Dezen waren, zooals gewoonlijk op Maandagmorgen, weinig in aantal, doch in den trein, waarin wij geslapen hadden, de Duitsche Nordexpress van 5.55, werd ook vervoerd een der geredden, de heer H. Brödessen, die wel genoeg was om onder geleide van zijn eigen dokter naar zijne woonplaats Altona te vertrekken.

Het verhaal van den heer Brödessen, voor zoover hij dit met zwakke stem in korte woorden kon, kwam op hetzelfde neer als dat van den jongen Engelschman Emil Yung, van wiens ervaringen men hierboven het relaas heeft kunnen lezen.

De anderen liepen op en neer in de beschutting van de wanden van het rooksalon die nog waren blijven staan. De thans geredde passagier Brödessen geraakte spoedig na het scheuren van het schip in een staat van bewusteloosheid maar zijn lotgenooten dwongen hem bij zijn positieven te blijven door hem te knijpen en hem het dek op en neer te laten loopen.

Het waren de dames Gäbler uit Dresden, Buttel en Schröter uit Berlijn, allen behoorende tot het reeds genoemde operagezelschap, Jaboulet de Riveichere van Tain, La Drôme in Frankrijk, Herr Harold Brödessen, Lessingstrasse, Altona en Emil Jung uit Brunswijk afkomstig, doch sedert jaren in Engeland wonende.

Frau Wennberg lag met haar dienstmeisje in één kamer, de vier andere geredde vrouwen, de dames Theile, Schröter, Gäbler en Buttel lagen ook samen. Verder lagen de mannen Brödessen, Yung en Carter in éen vertrek, en Reycraft, Farthing, Fisher en Pond.