United States or Somalia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Om het cijfer der bevolking van Kioto te kennen, moeten wij weder teruggaan tot den ouden Kämpfer, dien nauwkeurigen en ijverigen onderzoeker, wiens werk over Japan nog altijd zoo groote waarde heeft. Kämpfer dan bericht, dat in zijn tijd, in 1693, de vaste bevolking van Kioto, met uitzondering van het hof, bestond uit 52,169 geestelijken en 477,557 leeken.

Sedert dien tijd schijnen de zaken gunstiger te zijn gegaan, en werd het alleen in 1659 212,000 Gld. toegestaan tot aanbouw en uitrusting van schepen, opdat Friesland het zijne mogt toebrengen tot de middelen ter verdediging des vaderlands. Charterboek, IV 896, V 330, 477, 485, 486; Reg. op de Staats-resol. 10, 205, 313; Tegenw. Staat, III 13. Charterboek V 521, 558.

Hij werd geb. 525, behoorde tot een adellijk geslacht en streed mede bij Marathon, Salamis en Plataeae. In 477 ging hij, waarschijnlijk op uitnoodiging van Hiero, naar Syracuse, en sedert bracht hij een groot deel van zijn leven op Sicilië door; hij stierf in 456 te Gela.

Dertig voet hoog, breed genoeg voor twee wagens, om langs elkander heen te rijden, en dat alles van stevige steenen vervaardigd, met ijzer vastgeklampt. Dit alles geschiedde tusschen de jaren 479 en 477 vóór Christus. Gedurende dien tijd werd nog ander werk voortgezet, immers in één opzicht was de Perzische oorlog nog niet tot een einde gekomen.

Na Geiseriks dood in 477 verzwakte de macht der Vandalen voortdurend, totdat hun rijk onder den laatsten koning, Gelimer, in 534 door Iustinianus' veldheer Belisarius vernietigd werd. Vangiones, germaansch volk op den linker Rijnoever in Belgica. Hoofdstad: Borbetomagus, thans Worms. Vannius.

Zie Charterboek, V 330, 477, 485, 493, 521, 558, en Tegenw. Staat, III 13, waar eene uitvoerige beschrijving van dit Collegie voorkomt. De Monster-Commissarissen waren vier in getal, uit elk kwartier een, en belast met de monstering der compagniën van den Staat, het toezigt op deszelfs vestingen en versterkte plaatsen, zoo in als buiten Nederland, het onderzoek van de krijgsbehoeften enz.

Thans zijn zij grootendeels verdwenen, het volk zegt, omdat zij het luiden der klokken niet konden verdragen. Vgl. Wolf, Niederl. Sagen, nos 206 211, 477, 478; V. D. Bergh, Woordenb. 120; Gittée, Nederl. Museum II, 2 bl. 352; Welters, Limb. Legenden II, bl. 25; Schrijnen, Essays en Studiën, bl. 59. De watergeesten bij uitstek zijn wel de nixen en meerminnen.

Wij betwijfelen het echter, dat zij in Friesland ooit, en veelminder destijds reeds, tweederden der landerijen zouden hebben bezeten, zoo als CERISIER, Tafereel der Nederl. Geschiedenis, Utrecht 1781, I 411 en Tegenwoordige Staat, I 477 melden. Zoo oordeelt MACAULAY, in zijne voortreffelijke Geschiedenis van Engeland, 's Hage 1850, I 9.