United States or Cyprus ? Vote for the TOP Country of the Week !


Onder het forceeren van planten verstaat men planten, welke zich in haar rustperiode bevinden, door verhoogde temperatuur tot groeien brengen en ze gedurende den winter haar bloemen doen ontplooien, terwijl zij dit onder natuurlijke omstandigheden eerst in de lente of in den zomer doen.

Te groote warmte toch is voor alle planten, die zich gedurende den winter in haar rustperiode bevinden en die niet tot de tropische gewassen behooren, ten zeerste nadeelig. Vele onzer meest in trek zijnde decoratie- en bloemplanten overwinteren uitstekend in een vorstvrijen kelder of een ongestookt, doch vorstvrij vertrek.

Brengt men nu deze planten in een warme kamer, dan wordt de zoo hoognoodige rustperiode verstoord; zij groeien dan door, en wijl het haar aan kracht en vooral aan lucht, licht en zon ontbreekt, kunnen de zich dan ontwikkelende scheuten niet anders dan zeer zwak zijn.

Zijn zij in haar groeitijd, dan moeten zij rijkelijk water hebben; zijn zij daarentegen in haar rustperiode, dan moeten zij zeer matig of in het geheel niet begoten worden. De groeitijd begint met het maken van jonge scheuten, waaruit zich de bladeren en schijnknollen ontwikkelen, of met het vormen van bloemknoppen.

Want niet alleen vertoont het weer dan minder schommeling, maar er treedt voor den landman een rustperiode in na de groei-, bloei- en oogstmaanden. Het koren en hooi is meestal binnen, de landman weet dus, wat hij van het jaar te denken heeft.

Heeft men in Januari zachte dagen, dan moeten de kamers gelucht worden, waartoe men de teere planten eerst in een ander vertrek zet. Bijzonder voorzichtig moet men gedurende deze maand met het gieten zijn. Met uitzondering van eenige winterbloeisters en de in bloei getrokken planten, bevinden zich alle kamerplanten nog in haar rustperiode.

De Pancratiums hebben, evenals verscheidene andere bolgewassen, geen absolute rustperiode, wat niet wegneemt, dat zij toch wel degelijk rusten. Zij behouden echter gedurende haar rusttijd de bladeren. De bollen worden gekweekt in een mengsel van blad- en broeiaarde, ouden graszodengrond en zand. Men behoeft ze niet alle jaar te verplanten, wanneer men ze in haar groeitijd nu en dan giert.

De inlandsche waterplanten staan echter ook nog in ander opzicht bij de uitheemsche ten achter. Deze laatste toch, die zich bij ons ingeburgerd hebben, hebben bijna alle geen volmaakte rustperiode; zij blijven dus het geheele jaar door groen. Met de inlandsche planten is dit echter heel wat anders.

Die, welke in den kelder overwinteren, moeten ook nu en dan nagezien en begoten worden, ten einde te beletten, dat zij uitdrogen, waardoor de bast rimpelig wordt, en de plant doodgaat. Bijna al de potgewassen bevinden zich thans in hun rustperiode.

Oudere exemplaren behoeven niet jaarlijks verpot te worden; is dit echter noodig, dan moet het na het einde der rustperiode geschieden. Wil men verpotten, dan wordt de plant uit den pot genomen, en worden de vleezige wortels voorzichtig losgemaakt, waardoor een deel der oude aarde er tusschen uitvalt. Aan de gezonde wortels mag nooit gesneden worden.