United States or Russia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Doch de Friezen boden, onder hunnen Potestaat HESSEL MARTENA, hem zoo dapperen tegenstand, dat hij met de zijnen zich spoedig weder aan boord begaf en aftrok. Uithoofde er zich bij zijne benden West-Friezen bevonden, die vroeger door hunne stamgenooten tegen de overheersching der Hollandsche Graven geholpen waren, zoo namen de Friezen dezen aanval zeer euvel op.

Voor het Titelplaatje koos ik de aloude adellijke State van den Potestaat Wiarda te Goutum, thans het eigendom van en bewoond door de Familie v.

Van de vermelding ten tweede male der Helvetiers of Zwitsers uit de Friezen gesproten , ten tijde van den Potestaat Magnus Forteman is eene geheel verschillende lezing in de Corte Chronyck van Sybe Jarichs , welke zegt, dat de Friezen die onder Forteman tegen de Romeinen waren opgetrokken, op den terugtogt ten deele in Lombardijen en Italien metter woon waren gebleven, door een hoop volks meestal gedood werden, zoodat er maar weinigen ontkwamen.

Omtrent dezen tijd, is Saake Reinalda, overleden. De Geschiedenis vermeldt dezen Potestaat als een kundig, ervaren, braaf, edelmoedig en vredelievend man, die in allen opzigte, vrij van vooroordeel en ongepaste eerzucht, het belang zijner landgenoten zoodanig behartigde, dat de Edelen, de Staten en het Volk hem levenslang tot hunnen Landsheer wilden verkiezen, welk voorregt hij echter niet begeerde, als strijdig met zijne beginselen en 't gebruik der voorvaderen.

Volgens de overlevering hadden de Schriften van zijn oudoom Solke, of Carel Solke Forteman, hem de bouwstof geleverd, voor zijne bekende Kronijk, welke door Johannes Vlijtarp, Geheimschrijver van den laatsten Potestaat, J. Hessel Martena, in de XIV eeuw is aangevuld en verbeterd, en daarna door Andreas Cornelis, geboortig van Stavoren en Organist te Harlingen, werd overgewerkt, vervolgd en na diens dood uitgegeven in den jare 1597 te Leeuwarden, in folio, bij Jacob Jansz, doch te Amsterdam gedrukt.

de eerste voor Oostergoo en de laatste voor Westergoo benoemd, gelukte het den Friezen, zich van het Hollandsche gezag te ontslaan en de Friesche vrijheid te herstellen. Doch nu ook begonnen de partijschappen tusschen de Schieringers en Vetkoopers op nieuw te blaken. Tot het benoemen van een nieuwen Potestaat was men niet te bewegen.

In den jaare 819 is Fokke Ludigman, tot tweede Landsheer of Potestaat verkooren. In den jaare 821 vertoonden zich omtrent de Friesche kust 13 Deensche Zeeroovers: doch de Friesen door Ludigman, uit een waakzaame voorzorg, met goede schansen of kasteelen voorzien zynde, zo derfden zy het niet waagen om te landen, maar trokken weder af.

Karel de Groote, overweegende de getrouwe manhaftigheid der Friesen, zo aan hem in 't verwinnen der Saraseenen, en Wydekind, Hertog van Saxen, als in verscheidene voorvallen aan zyne voorzaaten Pipyn en Karel Martel beweezen; benevens hunne genegentheid en gestadige diensten aan 't Fransche Ryk; verzelt met den onophoudelyken yver tegen de Noordsche volkeren, van welker slaavernye zy zich nu weder op nieuws, na 't ombrengen van Gotrik, hadden vry gemaakt: zo heeft hy hen noch in volkomener vryheid gestelt, en ontlast van de schattinge van eenige ponden zilver, die zy van voor eenige jaaren hadden moeten betaalen: vergunnende hun, ten blyke van volkomene vryheid, het recht, om hun land, als vrygevogtene, naar hunne eigene wetten te regeeren; daar toe een Overste uit de Edelen van hunne eigene landaard te verkiezen, om de landzaaken zo in oorlog als vrede te bestieren, die zy den naam van Potestaat, naar 't gebruik der Italiaanen, zouden geeven.

Naar den vroegeren raad van den Potestaat JUWINGA, hield men zich nu meer in de steden op en trachtte deze te versterken . Het leger trok alzoo onverhinderd door Gaasterland, doch vond niet ver van Hindeloopen vele Friezen verzameld, die eene poging wilden doen om Stavoren te beschermen.

Deze was getrouwd met een aanzienlijk Edelman van Sexbierum, Adelbrik, wonende op het slot Adelburg. Twee zonen werden uit dezen echt geboren met namen Adelbrik, deze Potestaat, en Frederik van Adelen, de Bisschop op den jare 838 vermeld. Zie Winsemius, fol. 67, 83 en 105, alwaar men hunne geschiedenis vermeld vindt. Uit dezen zou het beroemd Friesch geslacht der van Adelens gesproten zijn.