United States or Finland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Na zijn vurigen jongelingstijd, toen de wereld hem schoon toescheen en hij het booze wel opmerkte, maar het goede in zijn oog het overwicht had, was er een tijd gekomen, waarin hij den indruk, dien het sombere en booze der wereld op hem maakte, in tal van werken op indrukwekkende, maar sombere wijze moest uiten; doch die tijd was voorbijgegaan, en kalmer viel zijn blik op de menschheid.

Stel nu eens tegenover hem een model van wijsheid, iemand, die zijn geheele kindsheid en jongelingstijd in het grondig beoefenen der wetenschappen heeft gesleten, het zoetste gedeelte zijns levens door aanhoudend waken, zorgen en zweeten bedorven heeft en zelfs in geheel zijn overig leven geen ziertje genot heeft gesmaakt, altijd zuinig, arm, met een zwart en barsch gezicht, jegens zichzelf onrechtvaardig en hard, bij anderen onaangenaam en gehaat, doodsbleek, uitgeteerd, ziekelijk, kortzichtig, oud en grijs vóór zijn tijd, vóór zijn tijd reeds het leven zat.

Met bliksemsnelheid vliegt een blonde jeugd en gelukkige jongelingstijd zijn geest voorbij; al wat hij goeds genoot van dien edelen maar gestrengen pleegvader, het staat daar weer levendig voor zijn herinnering.

Met dien naam noemde men de jongelingen en jonge dochters, die door de pasjas ieder jaar van de overwonnen volken als tienden opgeëischt werden. Griekenland en de aziatische kusten leverden den ruimsten voorraad. Deze kinderen hadden nog nauwelijks den jongelingstijd bereikt, of zij werden reeds aan hunne ouders ontrukt en naar Konstantinopel vervoerd.

Zoo zag hij haar, zoo zoog hij haar in zich, zoo hield hij haar vast en deed haar leven voor latere geslachten in bekoorlijke tafreelen van de dagen van zijn gelukkigen, door háár gelukkigen jongelingstijd. Eerst gaan hun wegen nog uiteen, een poosje. Zij stuurt hem naar Turijn, om bekeerd te worden. Gewillig gaat hij over de bergen, dol van zwerverslust.

"Er kwam een tijd, waarin die gedachten zóó heftig op mij instormden, dat ik plotseling begreep hoe lang ik reeds tevergeefs had geleefd. Van dat oogenblik af aan nam ik mij heilig voor die goede voornemens nooit meer te laten varen. Dat was, reken ik, het begin van mijn' jongelingstijd. "Ik was toen ongeveer zestien jaar.