United States or Puerto Rico ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dat deze stukken in den smaak vielen van het volk en nog tot den aanvang der zeventiende eeuw in eere waren, blijkt wel uit het aanwezig zijn van handschriften der Chesterspelen van de jaren 1592, 1600, 1604 en 1607.

In steeds wijdere kringen, om het centrum van Oud Leiden, had de stad zich uitgezet, 't laatst van de zuid- en westzijde, en de ruimte tusschen de Witte Poort en het oudere deel was vol gebouwd. Al in 1592 was het ravelijn vóór die poort aan de stad getrokken en in een klein bolwerk veranderd.

Dat Shakespeare ook als tooneelschrijver reeds in 1592 grooten naam verworven had en bij zijn tooneelgezelschap een man van beteekenis geworden was, blijkt ten duidelijkste uit de woorden, waarmede de in ellende stervende dichter Robert Greene lucht geeft aan zijn wrok over den opkomeling, die hem en zijn vrienden verdrong en zich verbeeldde de eenige tooneelschokker, Shake-scene, in den lande te zijn. Bedoeld geschrift, waarover in de aanteekeningen op I Kon. Hendrik

Wij houden ons dan ook niet langer op om hier te mijmeren; maar, altijd rechts houdende, staan wij al spoedig aan de Heerensteeg, wier naam ons aan de oude Predikheeren van Sint-Jan herinnert, en die in 1592 ten gebruike der inwoners begaanbaar gemaakt werd, waartoe echter eene overeenkomst noodig was van de Stad met den Commandeur der Duitsche orde, wiens betrekking tot deze plek nog in de benaming der niet verre van hier gelegene Commandurysteeg voortleeft.

Wel volgde hij meer en meer zijn eigen weg en overtreffen zijn stukken die zijner tijdgenooten verre, maar bij alle verschil is er toch genoeg overeenkomst met de laatste op te merken, dat de in ellende wegstervende dichter Robert Greene, die zijn eigen tooneelwerken en die zijner vrienden reeds zag tanen voor Shakespeare's luister, hem in 1592 niet geheel en al ten onrechte een "opkomeling" noemde, "gesierd met onze vederen."

Het is mogelijk, dat hij niet geheel verarmd is, want van den verkoop zijner huizen in Stratford blijkt niets, maar in 1592 komt zijn naam toch voor op een lijst van personen, die de kerk niet bezochten, en wordt bij hem als reden opgegeven, dat hij wegens schuld, dus misschien uit vrees van buitenshuis gegijzeld of lastig gevallen te worden, afwezig bleef.

De nauwe verwantschap van Raphaël, bepaaldelijk in het begin zijner loopbaan, met zijn leermeester, blijkt treffend in de Kroning der Madonna, die Raphaël, in 1592, voor de Benediktijnen van Perugia schilderde.

Toen Meres het in 1598 vermeldde, was het zeker een tiental jaren oud en ik ben geneigd aan te nemen, dat het van 1587 dagteekent, het jaar, waarin Marlowe's Tamerlan ten tooneele gevoerd werd. Het moet aan eenige andere zijner stukken, die vóór 1592 gespeeld werden, voorafgegaan zijn.

Waarschijnlijk werd hij er zeer spoedig in opgenomen, daar hij zich reeds in 1592 als tooneelnaam gemaakt had; er kan niet veel tijd verloren gegaan zijn.

Op deze al bijzonder onfrissche vraag antwoordt eene synode van 1592 terecht, dat zulk een huwelijk »nyet in Godts woordt bestaen mag«, wat natuurlijk ook geldt van een huwelijk tusschen een weduwnaar en de bijzit van zijn broeder, die bovendien nog in leven is. Maar met deze overwegingen hebben wij de grenzen van het gebied der verboden graden in eigenlijken zin reeds overschreden.