United States or Malta ? Vote for the TOP Country of the Week !


Windekind lachte en schommelde met zijn grashalm op en neder. 'O! zei hij, 'gij moet hen niet dom noemen. De menschen gaan naar de mieren om wijs te worden. Zoo toonde Windekind aan Johannes alle wonderen van het bosch, zij vlogen beiden tot de vogels in de boomtoppen en in de dichte heesters, daalden af in de kunstige woningen van de mollen, en zagen het bijennest in den ouden boomstam.

Er was een vermakelijke oneffenheid in de tafel, waardoor allerlei ongelukken met kopjes en borden ontstonden, eikels vielen in de melk, kleine zwarte mieren kwamen ongenood haar deel van de lekkernijen halen, en rupsen lieten zich uit den boom vallen, om te zien wat er toch aan de hand was.

En van dat standpunt uitgaande zou de dichter, die een aantal als mieren door elkander krioelende menschen op het tooneel bracht, het voortreffelijkst aan dezen eisch der tragedie voldoen. Doch naast die des lichaams bestaat er eene handeling des geestes, een in zich opnemen, verwerken en weergeven van indrukken; eene handeling, voorzeker niet minder des dichters aandacht waardig dan de andere.

Het zijn bepaalde gesprekken die zij met elkander houden; ernstige zaken behandelen zij, waarin woorden vol teederheid worden gewisseld. En de mieren van denzelfden stam kruisen, als zij elkander ontmoeten, hunne voelsprietjes. Moet men ook daaruit niet opmaken, dat zij elkaar het een of ander mededeelen wat voor haar van belang is?

M. A. Jae sye hebben veel vyanden soo uytwendigh als inwendigh. D. Vr. Welck syn de uytwendige vyanden der byen? M. A. De uytwendige vyanden syn: mussen, hoorstelen, wespelen, mieren, spinnen, swaluven en meer andere, spegt, voorssen, meesen. D. Vr. Wat quaet die mussen maeken?

Als mieren, op den tast af, zochten ze hun weg door de volte.

Door een omweg te maken van een duim breed, hadden de mieren den steen kunnen vermijden; en dit zou zonder twijfel gebeurd zijn als hij daar aanvankelijk gelegen had; doch nu zij aangevallen werden, wilden de heldhaftige kleine strijders van geen wijken weten.

In die uren had ik niets anders te doen dan, als aandachtig toeschouwer, een of ander drama gade te slaan, in zijne soort niet minder treffend dan de trojaansche krijg: de verwoesting van een termitenterp door een leger van zwarte mieren; de noodlottige dood van een onvoorzichtige vloo, die, zich gewaagd hebbende op den rand van het hol van den mierenleeuw, vlak op de borst getroffen was geworden door het geschut van den behendigen eigenaar dier hinderlaag.

Strekking blijft niet langer willekeurig, maar bijna onbewust, omdat ze een factor werd van het zieleleven van den schrijver en dus noodzakelijk van zijn werken. Als in "Eenige bladzyden uit het boek der natuer" een gevecht tusschen mieren beschreven wordt, komen de woorden "Heldenmoed" en "Vaderlandsliefde" er bij te pas.

Maar eindelijk kwamen er zooveel, dat het stukbijten te veel werk was voor de anderen. 'Toen noemden zij zich Vrede-mieren en hielden allen vol dat de eerste Vrede-mier gelijk had; wie dat tegensprak beten zij op hun beurt in stukjes. Op die manier zijn tegenwoordig bijna alle mieren Vrede-mieren geworden, en de stukjes van de eerste Vrede-mier worden met zorg en eerbied bewaard.