United States or Ghana ? Vote for the TOP Country of the Week !


Aankomst te Prjevalsk. Wij gaan uiteen. Het Irtach-dal, dat bijna honderd wersten lang is, vertoont den vorm van een wijden Z. Het bovenste dwarsstreepje grenst aan de Terskeï-ala-Tao, die de vlakte afsluit, waarin het meer Issik-Koul is gelegen. Aan het eind van die dwarsstreep, waar het haakje ombuigt, ligt de Djoukoutchiak-pas, de gewone weg der nomaden, die zich naar Prjevalsk begeven.

Rechts wendt zich het Irtach-dal, na de eerste dertig werst, plotseling naar het Noorden, achter den Terekty-Tao en den Keou-eou-leou-Tao. Nog een oogenblik blijven wij de drie toppen bewonderen, welke het dichtst bij de Oustchiar-piek zijn gelegen. De middelste vooral trekt onze aandacht; zijn dreigend voorkomen lokt niet uit tot een beklimming. In een omzien zijn wij in ons kamp terug.

Maar een goed vuur, een bord warme soep, en een verkwikkende nachtrust deden ons spoedig al de onaangenaamheden vergeten, die wij op dien ongelukkigen tocht hadden uitgestaan. Op den top van de Oustchiar-spits. De aoul van Kaënde. Het gezicht op den Khan-Tengri. De Kaënde-gletscher. Ingesneeuwd. Wij denken over terugkeeren. In het Irtach-dal. Bij den Kaltchè. De kookkunst der Kirghizen.

In het dal bevindt zich een steen, die op een paardenzadel gelijkt. Op een afstand van honderd mijlen in den omtrek is die steen bekend, en al de nomaden, die er voorbijtrekken, gaan erheen, om er dierenschedels neer te leggen. De steen staat op een groot rotsblok, waaromheen de horens van allerlei dieren liggen opgehoopt. De terugreis. Het Irtach-dal. Bij het douane-station.

De aanwezigen gaan in optocht rond het graf, en werpen er bij elken stap een handvol aarde in, tot de kuil gevuld is. Daarna wordt er een hoop steenen op gestapeld. Het is een weinig tijdroovende, eenvoudige, en niet kostbare begrafenisplechtigheid. Toen wij des avonds in het hooger gelegen gedeelte van het Irtach-dal kampeerden, vernamen wij, waarom het dezen naam draagt.

Vóór ons ligt de ingang van het Irtach-dal; maar wij weten niet hoe we het zullen bereiken, want we kunnen dien onstuimigen stroom onmogelijk doorwaden. Er zit niet anders op, dan weer terug te keeren, tot we een plek vinden, waar we kunnen oversteken. We volgen een pad langs den linker oever, en na veel moeite slagen wij erin, den overkant te bereiken.

Als wij ons wat haastten, konden wij ook het Irtach-dal nog gaan bezoeken, en zoodoende onze topographische opnamen tot een bevredigend einde brengen, daar wij dan het geheele stroomgebied van den Djannart-Sou zouden hebben onderzocht.