United States or Madagascar ? Vote for the TOP Country of the Week !


De vrouwen, gillende, met Nilus en Taurus, wilden vluchten, naar de Suburra terug. Vaarwel, dominus, vaarwel! Jongens, vaarwel! Wie zal zeggen, òf het een gunstige dag is, dat je reis aanvangt! riep Nilus. We kunnen niet voort! riep Cecilius. Het is maar beter....! .... beter, dat we blijven!! riep Cecilianus.

Nilus wenkte haar, dat het er niet op aan kwam, kom, zóo nauwkeurig te rekenen, als de heele caterva kwam avondmalen en natuurlijk terug zoû komen alle de dagen, dat zij spelen zouden en de Megalezia duurden. Heer caupo! riep de "paraziet", fijntjes; schenk den wijn liever mijn mond in dan in mijn schoot! Rondom schaterlachten de gasten: Hij blijft in zijn rol! Hij blijft in zijn rol!

Ik word liever Christen en verlaat het theater. Ik heb met Christenen gesproken. Nilus, in je taveerne. En gisteren.... Gisteren....? vroegen Nilus en dominus. Gisteren heb ik in de catacomben een senex gezien en gehoord, een "grijsaard" maar van geen theater.... Hoe heet hij? vroeg de dominus. Johannes, zeide de senex. En wat zei hij? vroeg Nilus. Dat weet ik niet meer.

Hi-ha! bevestigde de ezelskop plots maar het luik werd hem op zijn balkenden bek toe gesmeten. Allen lachten, allen dronken; zij smeten elkaâr met afval van worstevelletjes, uien, afgeknabbelde artisjokken, uitgezogen asperges. Nilus begreep, dat aan de orde niet veel meer te doen was maar het was een sch

Geene taveerne toch was er beter dan die van Nilus, in de Suburra; hier at men goed en voor weinig en was het Nomentanum-wijntje waarlijk nooit vervalscht.

Naar wiè? vroeg Plinius. Gymnazium!! schaterlachte Martialis. Ik kèn haar, met haar kapster! Ja, edele vriend, in de Suburra zijn antieke gewoonten èn antieke bijnamen behouden gebleven.... Of, zei bedenkend Cecilius; hij eet misschien bij Nilus, den Egyptenaar.... De cliënt nam van alles notitie, ging reeds. Wij wonen.... riep Cecilianus hem achterna.

Ja, zei Matta; dat die Johannes in de kokende olie gedompeld was.... Ja, zei de senex, starende; in de kokende olie.... Jawèl zei Nilus; nu je het zegt, herinner ik me ook van dat geval te hebben gehoord. En de kokende olie, zei de senex; had geen v

Ik sluit, Lavinius Gabinius, zei Nilus; de stedewacht is wel niet te zien, als er in de Suburra een oploop is, maar het uur is toch al lang voorbij en ik sluit: boete is ondankbaar geld.

De dominus zuchtte diep op. Plotseling voelde hij op zich rusten twee oogen, als twee heldere, blauwe vlammen. En hij zag, even afgedwaald van Nilus en de processie, dat hij zich aan den rand van den Tiber bevond, tusschen vele toeschouwers, die geen lantarens, lampen of fakkels droegen. Zij waren niet wit, maar somber gekleed en een Grijsaard stond tusschen hen, een somberen mantel om.

Marcella diende de geconfijte vruchten rond. De tijden, zeide Martialis, een weinig somber; zijn niet geschikt tot gezellig tafelen. Vergeeft mij, mijn vrienden. De prei was te bitter, de eieren te hard, de paling te zacht; het geitebokje een geitebok, vader van twintig bokjes en de kooltjes waren bij Nilus veel meer doorgeurd van laserpicium. Marcella, je hebt ze te lang gestoofd! En die Nomentaner w