United States or Zambia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Vertrouw maar op het woord van een ouden kermisklant, die meer dan eens de toekomst geraden heeft, terwijl hij niets anders deed dan de lieden hun fortuin zeggen. Ik ben overtuigd dat gij met ons te Perm komen zult. Gij zijt immers nu een lid van den troep van Cascabel?

Maar onder de honden was een heel oude, die maar twee tanden over had. Dat trouwe dier blafte verwoed tegen de wolven: "Naar den duivel met jelui allemaal! Zoolang ik deze twee tanden heb, zult gij de schapen van mijn heer niet aanraken!" En hun meester hoorde en begreep alles, wat zij zeiden. Den volgenden morgen beval hij zijn knechts al de honden, behalve den ouden, te dooden.

De prins ging op weg, maar hij zuchtte en was droefgeestig, want waar zou hij het gouden paard vinden! Daar zag hij op eens zijn ouden vriend de vos aan den weg zitten. »Zie jezei die, »dat komt er van, dat je niet naar mij geluisterd hebt; maar ik zal je wel helpen, hou maar moed, ik zal je zeggen, hoe je bij het gouden paard moet komen.

Opgemerkt hebbende, dat zy gewoon waren aan den wilden Catoen-boom offerhanden te doen, vroeg ik aan een ouden Neger, waarom men aan denzelven deeze eer bewees. "Massera, zeide hy my, zie hier de reden.

De stad Ephesus stond reeds bij de ouden bekend als een plaats, waar veel tooverkunst uitgeoefend werd. Men vindt dit ook in de Handelingen der Apostelen vermeld, XIX, vs. 13 en 19.

De rumoerige middagsymphonie sterft uit, en wordt weer vervangen door den ouden, regelmatigen, eentonigen werkzang.

Baas Tröpner, gevoelde uit deze deftige vraag, dat hij door den ouden heer als een beschaafd man behandeld werd, en hij besloot zich ook als een beschaafd man te gedragen; hij zeide dus, in deftige uitdrukkingen: "Ik kan zeggen, dat ik van den aanvang af, tot aan het einde, alles heb aangezien."

De Chineezen hielden in den grond allen veel van hun keizer, en nu was hij ziek en zou het wel niet lang meer maken, zei men. Er was al een nieuwe keizer gekozen, en het volk stond buiten op de straat en vroeg aan den kamerheer, hoe het met hun ouden keizer ging. «P!» zeide hij en schudde met het hoofd.

We babbelden, we verbeuzelden onzen tijd een weinig, we vermeidden ons in onze schatten. We dronken thee in den tuin, we praatten over den ouden tijd, we maakten plannen voor de toekomst. Wel, ik wandelde met mijn gezin naar de kerk, met licht gemoed en zonder reden tot haast. Zoo zeer genoot ik den dag, dat ik besloot er al van te halen, wat te halen was.

"Mijnheer, mijn vader is onschuldig," ging zij voort, en zag den ouden man zoo recht vertrouwelijk in de oogen. "Dat hij dat is, weet ik, mijn kind," zeide de oude heer en knikte met het hoofd. "En daarom heb ik ook geen angst, dat hij niet spoedig vrijkomt," sprak Fieken. "Hm? Ja! Dat is te zeggen, 't zou niet meer dan billijk zijn.