United States or Hungary ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Laat ons trachten van die lijfrente te leven, vader! en toon u een onberispelijk eerlijk man, zooals gij zijt in uw harte," sprak Claudine met eene edele geestdrift, waarbij een zachte blos hare bleeke wangen overtoog.

Wie weet hoe dikwijls hij zich ten koste van mij heeft vermaakt! Misschien, terwijl ik dit schrijf, zit hij ergens in de wereld, midden in zijn gezin, en haalt de historie weer eens op ten pleziere zijner haast volwassen kinderen. En ze genieten met elkaar van mijn onnoozelheid, gierigheid, of wat het zij. Piet heeft zijn leven lang die zaak gezien onder zijn licht.

Waar het leven terugkeert, scheidt zich het lichaam het eerst en het duidelijkst af van de aarde. Door de oogharen bezien, zal het ook lijken, alsof het hoofd zich opbeurt uit den bodem, alsof het zich daarvan losmaakt. Zie, dit zijn geen dingen, die ieder lezer van het Evangelie van Johannes in zijne verbeelding ziet.

Zoo ontbrak het dan Siddha, de gedachte drong onder 't huiswaarts keeren zich als van zelf bij hem op, zoo ontbrak 't hem bij de intree in het leven waarlijk niet aan goede raadgevers en aan steun!

Mathilde was een te goede huisvrouw, om niet eerst het schoone goed, dat al zoo lang in de stof stond, te bergen, vóor zij ging zitten teekenen en denken op haar kamer. Terwijl ze éen voor éen de stapels lakens, sloope en nachthemden, die nog een beetje vochtig áanvoelden en zwaar op elkaâr lagen, in de ouderwetsche bruine kast, met een wit papier op eiken plank, schikte, en daarna vaders overhemden een plank hooger appart leî en zijn kousen nazag, of die ook gestopt moesten worden misschien, dacht ze er aan, dat deze huishoudelijke drukte nog niets was bij wat haar later te wachten stond als ze eens eenmaal getrouwd zoû wezen. Ze woû dezelfde orde volgen, waaraan ze nu eenmaal gewoon was en die op den duur het best beviel. Zij ging voort met na te denken over al de groote pleizieren van het hebben en het bestieren van een eigen huishouding. Zij deed 't ook wel bijna, maar 't was toch dát niet; ten eerste moest alles gebeuren precies zoû als vader het woû, en al dacht zij tusschenbeide heel anders als hij over allerlei dingen, zij sprak er nooit van, maar deed, wat hij wilde; ten tweede was Jans er, die haar had zien geboren worden en aan wie nooit in te prenten zoû zijn, dat Thilde, die ze zoû dikwijls schoone luyers had aangedaan, en die ze daarna zooveel jaren had zien spelen en springen door het huis, dat Thilde nu heelemaal behandeld moest worden zoo als men het anders een mevrouw deed; ja, Jans dorst op een heel wat hooger toon te spreken tusschenbeide, dan Mathilde het de meiden, die zij later zoû nemen, zoû laten doen. Zij wist wel, dat er nog in lang niet van komen zoû, maar het zoû er toch éens van komen en ze vond 't hoogst prettig zich dat alles nu al zoû levendig voor te stellen. Ze zouden bepaald twee meiden houden, want Jozef zijn geld plus het hare, maakte dat zij best op zoo'n voet zouden kunnen leven. Op deze manier zoû zij zelve ook meer tijd krijgen voor piano-en teekenstudiën, dit hoofdzakelijk voor hem, om hem het leven aangenaam te maken. Zij vond het zóo verschrikkelijk heerlijk te denken aan hem, aan het leven met hem alleen, dat zij deze gedachte voor een soort van opperst onthaal voor haar hart en hersenen bewaarde. Zij ging namelijk door met zich in haar heele toekomstige leven in te denken, maar zich alleen met al het bijkomende bezighoudende, met de gracht, waar-zij een huis zouden kiezen, met de meubeleering van de kamers, met de wasch, met de meiden, met de partijtjes, die zij geven zouden, met den zolder, met den gootsteen, met de toiletten, waarin zij gekleed zoû gaan en zoo meer. Een enkele keer liet zij even de gedachte doorschemeren, die haar het meeste geluk gaf: het samenzijn en het alleen-samenzijn met hem; zij bespaarde die stof, met glinsterende oogen en zuchtende borst, en leî voorzichtig de overhemden van haar vader in de linnenkast, evenals een kind eerst het bladderdeeg om een taartje heen, opeet, om voor de laatste hap het genot van de konfituren te bewaren. Eindelijk dan ook, toen alles geborgen was en netjes op zijn plaats gelegd, toen Mathilde over alles had nagedacht, tot over Jozefs garderobe en over de nieuwe soort heerenborstrokken, die mevrouw Berlage zoo geprezen had en die Mathilde, als eenmaal de intimiteit groot genoeg geworden zoû zijn, aan Jozef te dragen zoû geven, toen zij over de mogelijkheid had gedacht om 's zomers naar buiten te gaan, om een hond te houden, en ook over de brievenbus, die ze in haar voordeur zoû laten maken, toen liet ze plotseling dat alles wech gaan, gooide al die wezenloze dingen ver uit haar geest, dacht aan niets meer van de omgeving, aan geen enkele bijzaak meer, maar aan hem, aan hem alleen, aan de uren van onbeschrijfelijk geluk, die zij ver van de waereld, ver van iedereen, tot ver van haar vader toe, in een achterkamer of zoo, ergends, waar het ten minste schemerdonker was, waar geen geluid hen zoû bereiken en ook de zon hen niet zoû kunnen verlichten, heelemaal alleen samen zouden zijn. Zij voelde den stroom van het denken aan hem alleen, die zij zoo lang mogelijk had tegengegaan, om hem de meeste kracht te geven, met alle geweld langs alle kanten doorbreken en haar hart overgolven. Zij wilde nu denken áan en door de kracht van haar gedachte het nu al in den geest beleven, dat geluk van het alleen-samenzijn. Daarbij kwam, dat er een onopgelost iets, een vraagstuk vol duisterheid, iets, dat zij zich ten innigste bewust voelde zonder het te begrijpen, verbonden was aan de bepeinzing van dit heerlijke onderwerp. Zij dacht aan al wat ze hem zeggen zoû, als ze eens heel en al, zonder te-rughouding, in volle oprechtheid, wat in haar hart omging voor hem bloot zoû kunnen leggen en zich zonder voorbehoud van hem afhankelijk stellen. Zij zinde er op, wat ze zoû doen, hoe ze zich zoû kunnen gedragen, hoe zij haar eigen wezen zoû kunnen veranderen, zich vervormen, zich liever en beter maken of wat of hoe ook ze in Godsnaam zoû kunnen handelen, om een ongehoord bewijs, een heilige en onbetwijfelbare bekentenis te geven van haar liefde. Wat moest ze getuigen, wat had ze te openbaren, op dat die getuigenis en die openbaring hem onweêrstaanbaar overtuigden, dat haar liefde zoo waar was, dat zij het wel met haar bloed tegen een witte muur zoû willen schrijven. Want zij had een angst. Zij twijfelde niet, geen minuut, aan zijn liefde voor haar; die liefde moest bestaan, dit had zij al zoo lang geweten vóor hij het zelf zeî; maar zij was er niet zeker van of hij wel zeker was van haar liefde voor hem. Zoû haar stuurschheid van van-ochtend niet gemaakt hebben, dat hij een beetje aan haar liefde was gaan twijfelen? En tôch, al was d

Brengen zij de wereld, waarin zijzelf en hun toeschouwers leven, ten tooneele, dan boeien en treffen zij door de zeden van hun tijd, vaak van de belachelijke zijde, voor te stellen, en door de personen, zooals zij deze met hun scherpen blik hebben gadegeslagen, in al hun eigenaardigheid te doen optreden.

Procurator, degene die voor een ander eene zaak bezorgt, de zaakwaarnemer, in het huiselijk leven de huishouder, de slaaf die de geheele huishouding bestuurde.

Ze worden Hali's genoemd; maar hun aantal is bezig, af te nemen. Die vrijwillige dienstneming is iets bijzonders in het landelijke leven in deze streken van Gudsjerat.

Terwijl hun maaltijd te vuur stond, kapten zij twijgjes en bladeren, die voor legerstede moesten dienen. Boven het hoofdeinde maakten ze van grootere takken een afdakje. Kees verkende nu nog even de naaste omgeving, doch nergens was eenig spoor van menschelijk leven te bespeuren. Toen de beide mannen gegeten hadden, legden ze zich neer om te gaan slapen.

Daar, in die kloosters en abdijen, in die kasteelen en heerenhuizingen, vloot het leven meestal rustig en kalm voort, vaak gewijd aan studie en wetenschappelijke nasporingen, aan gebed en vrome overpeinzingen.