United States or Jordan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het meisje sprak deze woorden met zulk een blij vertrouwen, met zoo overtuigende zekerheid, en hare donkere oogen, waarin tranen opwelden, glinsterden daarbij van zulk een gloed en van zoo groote zaligheid, dat ook het gelaat harer grootmoeder weder eene vriendelijke uitdrukking aannam.

Toen begreep ik, dat ik maar liever heen moest gaan. Ik kreeg een poot van den baas. Ik was zelf ook blij dat ik wegging en heb hem hartelijk de hand geschud. Ik heb gezegd, dat 't me speet, maar dat ik er niets aan doen kon en ik geloof, dat 'k 't meende. Zie je, Koekebakker, dat is handel.

«Bij de avondbeurt had ik het genoegen een jongen man aan de deur op te visschen, die op een plaats wachtte en ik nam hem mee naar mijn bank en legde hem uit, dat hij 's avonds altijd daar kon gaan zitten en dat ik blij was, dat hij was gekomen, omdat wij stellig een heerlijke preek zouden krijgen.

Hij hief zijne armen op, heel groot wordend naast Doxa, die onmogelijke pogingen deed om Bepje, den hond, tot zwijgen te dwingen en dan blij, overdadig blij, zijn lokleuterend cherubijnshoofd voor Vere kwam buigen.

En is gedwongen: "Ja" te zeggen tegen den eerste, die zegt: "Ik heb je lief." Ach, ja. Ga nu naar binnen en dans, mijn lieve, jonge gravin. Dans en wees blij; in u is geen kwaad." "Maar ik zou zoo graag iets voor de Majoorske doen." "Kind," zei de Majoorske, plechtig: "eens woonde er een oude vrouw op Ekeby, die de winden des hemels bedwong. Nu is ze zelf gevangen en de winden zijn vrij.

En, ik kan je niet zeggen, wat een dot ik je vind, mijn goed, goed oudje! riep Eline. Ik ben zoo blij, dat ik bij je mag komen.... Zij knelde de weenende oude vrouw steeds in hare armen en mevrouw Van Raat deed haar zitten op de canapé en zette zich naast haar, met den arm om heur middel. Wat was het een tijd, dat zij Eline niet gezien had, en hoe zag Eline er uit? Goed? O ja, ja!

Het leven kwam terug, sterk en rijk zooals voorheen, om te leven, om niets dan te leven!... Verder scheerde een herder de wol van zijn schapen, en terwijl de eenen nog met hun vuile dikke vacht in de kooi te wachten stonden, liepen de geschoornen, wit als botermelk, wellustig blatend rond, blij om de reine lucht, die vrij en bloot hun buik en rug verfrischte.

Er was nog iets aarzelends over zijn houding, maar hoe dichter hij bij zijn familie kwam, hoe harder hij liep, en toen hij midden tusschen hen in stond, sloeg hij de armen uit, en deed een uitroep, als iemand, die uit een gevangenis gekomen is. Hij werd zoo uitgelaten blij, dat hij allerlei dwaasheden beging.

Weêr neemt de duc, blij om het mooie weêr, en nieuwsgierig naar de Place Garibaldi, het eene trammetje na het andere. En waarlijk, daar op een bankje, zit... de Lion du Littoral! Arme Lion, wat ziet hij er uit!

De jongen liep door, zonder hen te storen, en keek tusschen de kleine wilgestruiken, die het veld bedekten. Al gauw kreeg hij een nieuw ganzenpaar in het oog. Ze hoorden niet tot zijn troep, 't waren vreemdelingen, maar hij werd zoo blij, dat hij begon te neuriën, alleen omdat hij wilde ganzen zag. Hij keek in een nieuw boschje kreupelhout, en daar zag hij eindelijk een paar, dat hij herkende.