United States or Brunei ? Vote for the TOP Country of the Week !


Horae, Horai, dochters van Zeus en Themis, godinnen der orde in de natuur en der afwisselende jaargetijden, verder ook van maatschappelijke orde, wet en recht. Zij zijn dienaressen van Zeus en zijn belast met het openen en sluiten van de poorten des hemels.

Zij worden zonen van Zeus en Persephone genoemd, hunne namen worden zeer verschillend opgegeven. Soms heeten zij de eerste schepselen, soms goden van den wind of goden van het huwelijk en den kinderzegen. Trittys, het derde gedeelte eener attische phyle, vóór Clisthenes, naar het schijnt, hetzelfde als phratria.

Welke staat den prijs voor dapperheid te Plataea zou krijgen, was moeilijk uit te maken, want zoowel Athene als Sparta maakten er aanspraak op. Om een einde aan den twist te maken, besloot men den prijs aan Plataea te schenken. Hier werden tempels voor Athene en Zeus opgericht. Een orakel verklaarde, dat de gewijde vuren niet langer heilig waren, daar zij door de barbaren bezoedeld waren.

Daarvoor werd die geheele streek door het water verzwolgen, alleen de hut van Ph. bleef staan en werd in een prachtigen tempel veranderd, terwijl Zeus beloofde hem een verzoek te zullen inwilligen. Daarop verzocht Ph. met zijne vrouw tot bewaarder van den tempel aangesteld te worden en tegelijk met haar te sterven.

Toen Hephaestus door Zeus uit den hemel was geworpen, viel hij op Lemnus neder. Als oudste bewoners worden Sintiërs uit Thracia genoemd. Naar dit eiland werd Philoctetes gebracht, toen hij door zijne wond het kamp der Grieken vóór Troje verpestte. De zoogenaamde lemnische aarde was eene delfstof, die als verfstof en als geneesmiddel werd gebezigd.

Her. maior lag in Midden-Aegypte tusschen het meer Arsinoë en den Nijl; Her. minor lag in de Nijldelta aan den pelusischen mond en is later door de lagune Menzaleh verzwolgen. Heracleoticum ostium of Canobicum ostium, Herakleotikon, Kanobikon stoma, meest westelijke Nijlmonding. Heracles, Herakles, Hercules, zoon van Zeus en Alcmene, de gemalin van Amphitryo.

Dat deed ik dan ook, maar geen stem kwam van achter den muur tot mij. In wanhoop ontvlood ik de stad en de scholen. In het noordelijk gedeelte van mijn land, in Thessalië, is een berg, dien mijn volk voor de verblijfplaats der goden houdt, met name van Zeus. Olympus heet hij. Daarheen ging ik.

Indien bij voorbeeld een jongen vroeg naar den naam van een berg, welks top ver in het noorden werd gezien, zou zijn moeder kunnen antwoorden: "Dit is de berg Olympus. Op zijn top is het schoonste paleis, dat men zich kan voorstellen. Het is gebouwd van witte, rooskleurige en gouden wolken, en het is de woonplaats van Zeus, den Koning der Goden.

Iederen morgen komt hij in het uiterste Oosten uit den Oceaan op en voert zijn schitterenden wagen, bespannen met vier paarden, die zoo vurig zijn, dat zelfs Zeus ze niet kan besturen, langs den hemel, om 's avonds in het Westen weder in den Oceaan neder te dalen, van waar hij v. s. des nachts in een gouden boot slapend naar het O. terugkeert.

Of waar, nadat in een aanval van woede de wanhopige het tooneel verlaten heeft. het daarop volgend koorgezang het geluk van den sterveling die met zijns gelijke paart, bezingt en het lot van door Zeus bemind te worden afbidt. Ook die troostende toespraak die Elpine uit het "boomloof" als toewaait , herinnert de vertroostende ontmoeting die te Dodone bejegent: