United States or Cabo Verde ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen Caterham zóóver gekomen was, volgde er weder een uitbarsting van gejuich. Dan moesten zij alle aarzeling en halve maatregelen vaarwel zeggen." "Wij hebben gehoord, heeren," riep Caterham, "van brandnetels, die reuzen-netels werden.

Hoe! hebben wy in Amsterdam dan geen wyze Dominéés, die werk van hunne studie maken, en kunnen wy daar niet Kokseaansche, Voetsiaansche, en Lampiaansche Waarheden horen ? maar neen: die goeije menschen klagen over yverloosheid, en velen preken, God betert, ook voor stoelen en banken; en in je lui kamers zitten de Vroompjes gepakt als haring in de ton: zo dat ik wil maar zeggen, dat ik een vyand van zulke Oeffeningen ben.

Hoezeer de medespelers ook hun best doen om Harpagon te redden en hem, zooals men dat noemt, „er door te sleepen”, ’t baat niet; hij raakt hoe langer hoe meer van streek, verstaat zelfs den souffleur niet meer, spreekt allerlei wartaal en weet nu en dan in ’t geheel niet meer wat hij zeggen moet.

En hij had zich in-eens herinnerd hun allereerste ontmoeting, met die vreemd-verwarrende emotie.... En met een korte huivering, van schrikkende herkenning, had hij weer boven zich gevoeld dienzelfden avondhemel, dien doorschijnend lichten, vreemd-witlichten droomhemel..... "Gaat u dien kant op," vroeg hij, om wat te zeggen. "Och," zei ze, "'t komt er niet op aan.

Die Sjaalman schryft een goede hand, dacht ik. Bovendien, hy zag er armoedig uit, en wist niet hoe laat het was ... hoe zou 't wezen, dacht ik, als ik hem de plaats van Bastiaans gaf? Ik zou hem in dat geval zeggen dat hy my "m'nheer" moest noemen, maar dit zou hyzelf wel begrypen, want een bediende kan toch zyn patroon niet by den naam aanspreken, en hy ware misschien voor zyn leven geholpen.

DR. STOCKMANN. Zal heelemaal niet noodig zijn, mijn waarde. HOVSTAD. Pardon, dokter, maar ik wil zeggen dat ik van plan ben, zelf die zaak te behandelen. DR. STOCKMANN. In de courant? HOVSTAD. Ja. Toen ik de "Volksbode" overnam, was het mijn doel dezen ring van oude eigenzinnige wijsneuzen die hier overal inzaten, te verbreken.

"Heb je ze geranseld?" "Neen, ook niet!" "Nu, wat heb je dan gedaan?" "Dat zal ik je zeggen," antwoordt de smid.

Zij is een bloedverwante van den Kolonel, lieve kind, heel na verwant. We zullen maar niet zeggen, hoe na, om den jongen dames geen aanstoot te geven." Iets zachter zei ze tegen Elinor: "Ze is zijn natuurlijke dochter." "Is het waar?" "O ja; en ze lijkt sprekend op hem. Ik wed dat de Kolonel haar al zijn geld nalaat."

Ik beproefde, zwakjes moet ik zeggen, die stellige verklaringen in twijfel te trekken, gesteund als ik was door den algemeenen geest die nog in de stad bleef heerschen en op eene onmogelijke verlossing wachtte, maar mijn vriend lachtte, ietwat medelijdend, alsof hij te zeker wist wat ons te wachten stond.

Het verschil in stand heeft weinig voor de gelieven te zeggen, en in elk geval brengt de liefde ze daar licht over heen, of zij nu 's keizers dochter is of hij vorstenzoon en zij van mindere stand. Maar de lelike ouders kunnen die mésaillance niet toelaten. Daarom vluchten b.v.