United States or Montserrat ? Vote for the TOP Country of the Week !


De oude heer sprak deze woorden met zachte stem, meer tot zichzelf dan tot den jongen, en bleef daarna een oogenblik zwijgen. Oliver zat doodstil. »Komzei de oude heer eindelijk op vroolijker toon, »ik zeg dit alleen maar omdat je een jong hartje hebt; als je weet, dat ik veel verdriet en leed heb gehad, zul je misschien meer oppassen, me niet opnieuw pijn te doen.

Voor enkele duiten heeft de kooper sagoeweer te over om er nog vroolijker van te worden dan hij van gelukkige nature al is.

Dat had zijn broeder Set voorzien en gewild, want hij kon het niet verdragen, dat Osiris de stervelingen beschermde, hun middelen aangaf, die hun leven vroolijker konden maken; hij wilde integendeel oorlog en vernieling. Hij had allerlei middelen bedacht, om tot zijn doel te geraken en de eerste plaats in te nemen in de gedachten en het leven der menschen.

Juist als hun oude stamgenooten bij Keulen aan den Rijn, zijn zij lichthartiger en vroolijker, veel beweeglijker, veel veranderlijker, maar ook veel rijker van geest dan de Hollanders niet alleen, maar dan de Noord-Brabanders, Vlamingen en Antwerpenaars bovendien.

Jo was bizonder in haar schik, dat nu juist een zijner deugdzame buien over hem gekomen was, en maakte haar toebereidselen met een verruimd gemoed want Betsy scheen wat vroolijker en zij hoopte, dat wat zij ondernam werkelijk voor allen het beste zou blijken. "Voor één ding hoop ik, dat je bizonder zorg zult dragen, Bets," zei zij den avond voor haar vertrek. "Voor je papieren?" vroeg Betsy.

Niemand sprak gedurende de eerste oogenblikken; toen begon Meta weer op vroolijker toon: "Jullie weet, waarom Moeder voorstelde, dat we dit jaar geen Kerstpresenten zouden hebben: omdat het een moeilijke winter zal zijn voor iedereen, en ze vindt, dat wij geen geld mogen uitgeven voor ons pleizier, terwijl onze soldaten zooveel moeten doorstaan in het leger.

Het gelaat van den Spartaan nam onmiddellijk eene vroolijker uitdrukking aan. Cresus, die in den ernstigen man behagen schepte, vroeg hem naar zijn naam. »Ik heet Aristomachus." »Dien naam heb ik meer gehoord." »Gij hebt vele Hellenen leeren kennen, en velen dragen denzelfden naam als ik." »Naar uwe uitspraak te oordeelen, behoort gij tot de Doriërs. Zijt gij misschien een Spartaan?"

Zij zette de lamp op de tafel en trad op het jonge meisje toe. "Zie, Liesje, ik heb altijd gemeend, dat een dag als deze vroolijker zou zijn, en gij een minder bleeke bruid zoudt wezen.

Het stadje Horezu is bekoorlijk en druk. De huizen, minder op zichzelf staand dan te Targu Jiul, zien er beter uit met hun in de straat naar voren springende balkons. De bewoners, vooral de vrouwen, zien er vroolijker uit, hebben zelfs iets joligs.

De jolige kinderen waren eerst stil, geïmponeerd door Else's liggen in 't groote bed en Go's dringend verzoeken, of ze zich kalm wilden houden; maar toen Else zelf lachte, en grappig vertelde van hun getob dien nacht, werden ze óók vroolijker, maakten grapjes over college, waar Else gretig naar luisterde, vertelden, wat ze dien ochtend gehad hadden, en boden aan, 't dictaat bij te schrijven.