United States or Solomon Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dan stond hij op en zeide: "Ik dank u, vrienden, de hesp is goed, en ik had zulken eetlust, dat het mij heeft gesmaakt, als ware mijn geest niet in droeve gepeinzen verslonden. Kom nu, Jakob, toon mij den hof van het kasteel." Zij gingen beiden buiten, de hovenier scheen zijne stappen naar een looverhuisje te richten.

Heeft u soms ook kennissen of vrienden, liefhebbers van goede kunst, die u me zou kunnen recommandeeren en zou u me dan een visitekaartje willen geven als introductie?... Dat zou me zeer veel goed doen, weet u? 't Is toch zoo moeielijk, om een goed benefiet te maken, als men niet 'n beetje aanbeveling heeft. Kaartjes geef ik nooit, aan niemand, maar.... O, neem me dan vooral niet kwalijk!

Dat alles heb ik niet bij de vrienden aan het Sandvenvand kunnen opmerken, maar het onderhoud met hen herdenkende, gaf mij dit aanleiding tot deze verdere mededeelingen.

"Sarah," zeide ik binnenkomende, "deze Fairbaim moet bij mij nooit weer over den drempel komen." "Waarom niet?" vroeg zij. "Omdat ik het zoo wil." "Och, als mijn vrienden niet goed genoeg voor dit huis zijn, dan ben ik er ook niet goed genoeg voor," zeide zij.

In het najaar van 1741 kwam hij te Parijs, met vijftien goudstukken op zak, zijn komedietje "Narcisse" en zijn uitvinding, het notenschrift in cijfers dat, meende hij, hem met één slag vermaardheid en rijkdom verschaffen zou. Hij had, door vrienden uit Lyon, goede introdukties, en maakte al spoedig kennis met verschillende geleerden uit officieele kringen.

Kom bij mij, waar ik ook wezen mag!" Nu was Marius als geheel uit den droom ontwaakt. Hij was tot de werkelijkheid teruggekeerd. Hij zeide tot Cosette: "Met u reizen! zijt ge dwaas! Daartoe is geld noodig en dit heb ik niet. Naar Engeland gaan? Maar ik ben, ik weet niet juist, aan Courfeyrac, een mijner vrienden dien gij niet kent, reeds meer dan tien louis schuldig.

Geduurende al den tyd, dat hy in 't water geweest was, had hy den brief tusschen zyne tanden gehouden, en denzelven met allen spoed willende bezorgen, deed hy dadelyk zyn best, om zulks te verrigten, maar vergistte zig in het huis: men zag hem in 't huis, alwaar hy binnen trad, voor een dief aan, want hy weigerde aanhoudend den medegebragten brief over te geven, en men stond gereed, om hem vier honderd geesselslagen te doen toetellen,wanneer gelukkiglyk een Engelsch Koopman, één van myne vrienden, GORDON genaamd, en die den Neger kende, hem uit deeze ongelegenheid redde.

VALENTIJN. Mijn vrienden, EERSTE BANDIET. Wat vriend! dat zijn wij niet; noem vrij ons vijand. TWEEDE BANDIET. Stil, laat hem spreken! DERDE BANDIET. Ja, bij mijn baard, hij is een flinke kerel. VALENTIJN. Zoo weet dan, ik heb weinig te verliezen.

Dadelijk verklaarden twee sterke, jonge mannen zich bereid om te vertrekken, en zonder op de smeekingen en vertoogen van hunne vrienden te letten, klommen ze in de boot en plantten zich op de achterbank.

De beide vrienden waren lange jaren trouwe klanten van Veel-Hoar geweest, maar ongelukkiglijk hadden zij ook dit artikel niet altijd contant kunnen betalen, en sinds maanden werd het pretje hun beslist geweigerd. Nu echter hadden zij weer eens een prachtige kans, die zij niet mochten laten ontsnappen.