United States or Iceland ? Vote for the TOP Country of the Week !


De heer Fusil rende op de veranda op en neer als een roofdier in een kooi en spuwde venijn, en Paul volgde hem beneden en daagde hem uit, den twist met hem aan het strand uit te vechten. De Franschman schimpte, dat hij dat om zijn eer niet kon doen, en hij had gelijk, want hij zou stellig duchtig geranseld zijn.

Twee dagen later verscheen hij echter ouder gewoonte weer in de eetkamer: hij was zijn onrechtmatigen eigenaar gelukkig ontkomen. De Pepervreters moeten, wanneer hunne schoonheid, bewegelijkheid en levenslust goed zullen uitkomen, een zeer ruime en hooge kooi hebben, die hun een groote speelruimte verschaft.

Sneeuwuilen in de kooi behooren tot de zeldzaamheden; bovendien kan men ze hier slechts bij uitzondering 4

Die, welke ik in de kooi zag of zelf hield, zaten met opgezette veeren dikwijls langen tijd stil op dezelfde plaats, bewogen zich slechts op den bodem, bevuilden zich aanhoudend en maakten veel minder werk van het schoonhouden harer veeren dan de andere Duiven.

Wegens de beminnelijke eigenschappen, die zij in de kooi aan den dag leggen, zijn allen, die hen hebben leeren kennen, hun zeer genegen; vooral de bewoners van het gebergte houden de Kruisbekken in hooge eer.

Toen den volgenden morgen de zon opkwam, en nog velen de kooi verlieten om het land te aanschouwen, zag men water en lucht, wat men nu al zoovele dagen gezien had. Gelukkig was het weder bij uitstek schoon, en de zee was zóó kalm, dat menig matroos, zonder aan haaien te denken, overboord sprong om wat rond te zwemmen.

"Optime! carissime frater," zeide de Abt: "gij begrijpt mij volkomen: ziedaar juist wat ik u vragen wilde. Tracht eenig naricht in te winnen en breng het verloren schaap, ovem deperditam, weder in de kooi terug. Zeker heeft hij hier of daar weder twist gezocht, gelijk hij zoo dikwijls doet, en waar de monniken van Lidlum van weten te getuigen.

Een kooi blijft altijd een kooi, of de tralies van ijzer of van goud zijn. Hij verveelde haar, en zij verachtte hem, om zijn gebrek aan schranderheid en ondernemingszucht. Dat een man met al dien rijkdom en zooveel gelegenheid om zich te onderscheiden, op zulk een wijze zijn leven doorbracht, vond zij onverdragelijk.

Indien dit geschiedt, schikken zij zich spoedig in hun lot, geraken gewoon aan de kooi en aan hun verzorger, weten hem zeer goed te onderscheiden van andere menschen, begroeten hem met vroolijk geschreeuw, zoodra hij zich vertoont, antwoorden, wanneer hij hen roept, kortom, worden bijna even tam als een Raaf; ook planten zij zich in de gevangenschap voort, wanneer men hun een groote kooi tot woonplaats geeft.

In het eerste geval keert de argelooze duif naar haar kooi terug, waar zij haastig wordt binnengelaten, om haar weinige dagen later nogmaals aan dat "vermakelijke spel" te kunnen overleveren.