United States or Malaysia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Twintig minuten daarna waren wij aan boord; het luik was open; nadat wij de boot hadden vastgelegd, gingen wij naar binnen. Ik ging naar het salon, waar ik enige accoorden hoorde aanslaan; kapitein Nemo zat daar voor het orgel geheel in muzikale verrukking verloren. "Kapitein!" zeide ik. Hij hoorde mij niet. "Kapitein!" zeide ik nog eens, en raakte zijne hand aan.

"De koorts!" zei Sien. Zij betastten haar gezichtje en haar handen, maar voelden die eerder kil; na een tijdje viel zij in een zwaren slaap. De moeder had een luide zucht van verluchting, als zij de wel kreunende, maar toch regelmatig-diepe ademhaling hoorde.

Ik hoorde later dat de mannen hetzelfde eten hadden gekregen. Iemand, moediger dan ik, had drie gerechten getrotseerd; na het eerste kwam een vrij eetbare soep en dan, als derde gerecht alweer een soep, getrokken van visch, met macaroni. De mannen aten met hun vieren uit één bak; dat gebeurt bij de russische soldaten ook.

De lange optocht bewoog zich langzaam tusschen de boomen en weldra verdwenen zijne laatste rijen in de diepte van het bosch Al verder en verder klonk het gezang. Nog eenige kreten hoorde men in de verte en eindelijk volgde op al dit gedruisch eene doodelijke stilte. Phileas Fogg had gehoord wat Francis Cromarty gezegd had, en zoodra de optocht voorbij was, vroeg hij: "Wat is een sutty?"

Doch zij maakten niet den geheelen avond muziek. Na eenigen tijd speelden ze pandverbeuren; want het is goed soms weder kinderen te zijn, en nooit beter dan op Kerstmis, toen de groote Stichter er van zelf een kind was. Laat mij eens even bedenken. Eerst speelden ze een spelletje blindemannetje. Natuurlijk, dat hoorde er zoo bij.

Geraakte zij niet buiten haarzelve van verrukking, toen zij u mijnen naam hoorde noemen?" "Neen, volstrekt niet," antwoordde Sancho. "Zij stond midden in het dichtste stof en stak wat den gek met mijne tijding van u.

Uw witte handjes, mevrouw de barones, zullen moeten werken." Thans hoorde men een ernstige kalme stem, die zeide: "Mejuffrouw Euphrasie Fauchelevent bezit zesmaal honderd duizend francs." 't Was de stem van Jean Valjean. Hij had nog geen woord gezegd, niemand scheen er zelfs op te letten, dat hij er nog was; hij stond bewegingloos achter al deze gelukkige menschen.

Hemden en ander vrouwenlinnen hingen te drogen; het meisje was steeds naar Uilenspiegel gekeerd, trok de hemden van de koorden, hing ze weder op, glimlachte en keek gedurig naar Uilenspiegel. In de nabijheid hoorde Uilenspiegel eenen haan kraaien en zag hij eene voedster met een kind spelen, wiens gezichtje zij naar eenen man toekeerde, terwijl zij zeide: Boelkin, trek oogskens naar vader, toe!

Hij sloot de deur, en ik bleef alleen bij de treurende ouders. In de andere kamer hoorde men niets, dan een smartelijk gekreun dat was alles; in eindeloozen angst gingen de minuten voorbij.

Toen de prinses dit hoorde, zei zij tot den jongeman: "Gij zult vannacht hier blijven en morgen zullen wij zien, wat wij kunnen doen om u te helpen." Nadat zij het avondeten hadden gebruikt, geleidde de prinses haar gast naar een groene kamer en voor zij hem "goeden nacht" wenschte, zei zij: "Dit is uw kamer. Word niet bang, als vannacht iets ongewoons mocht gebeuren; verontrust u er niet over."