United States or Cook Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


De helft legt men in eene terrine en de andere helft wrijft men, met het nat, door eene zeef, voegt er evenveel witten wijn bij als er moes is, roert er goed wat suiker door, en giet het over de abrikozen. Men geeft er beschuit bij.

Gedichten op den zomer, den herfst en de lente maken wel de helft uit van de poëzie der Europeesche volken.

Nu en dan moet Onze Lieve Heer een zandkorrel genomen en neergeworpen hebben om een berg te maken, waarbij hij telkens zei: 'Dat deze korrel zich vermenigvuldige! Toen zij hier aankwamen, barstte de zak van Petrus en de helft van den inhoud werd om dit dorp uitgestrooid". Waarom het Servische volk arm is.

Daarentegen wordt de Westelijke helft, al de vele land-armen en lang uitgestrekte rots-ruggen, waarin de Oceaan het land verdeeld heeft, nog bewoond door de oude, Celtische Ersen, door die poëtische en bewegelijke, maar zonderlinge en onverstandige, die talentvolle en geestige, maar wankelmoedige, onzelfstandige en weinig doortastende, die grootmoedige maar verkwistende en achtelooze Ieren, die nagenoeg even zoo tegenover de koele, overleggende, nadenkende, werkzame en ver vooruitziende Anglo-Saksers staan, als de Franschman met wien zij zoowel om de Celtische afstamming, als om den Katholieken godsdienst dien zij met dezen gemeen hebben, sympathiseeren tegenover den Duitscher.

Hoewel sedert dien tijd de bevolking ongeveer met de helft is verminderd en nu nauwelijks vijftienduizend zielen telt, is Bassorah toch nog een belangrijk middelpunt van handel en verkeer gebleven, dat in geregelde betrekking staat met Indië.

Van zijn uiterlijk leven, vooral van zijn leven in verband met zijne werken, is ons weinig bekend. Hij was een Vlaming, in de eerste helft der 13de eeuw, vermoedelijk in de buurt van Brugge, geboren; misschien woonachtig te Damme.

"Ik begrijp het wel", bemerkte Dakerlia, "de schepenen en poorters zullen voor Willem Van Loo stemmen; en zoo zal de koning van Frankrijk in zijne verwachting teleurgesteld worden." "Hopen wij het!" zeide Robrecht. "Er is evenwel, denk ik, eene groote verdeeldheid over deze zaak onder de poorters. De moord des graven heeft ons meer dan de helft der Bruggelingen vijandig gemaakt.

Hij was niet zoo onrechtvaardig noch zoo ondankbaar om zijn bezitting niet aan zijn neef na te laten, doch hij liet hem het goed na, op voorwaarden die de helft der waarde van het erfdeel te niet deden.

Wel zien wij op een enkele plaats dat hij het ridderwezen niet hoog stelt; hij zegt immers dat hij den strijd tusschen Reinaert en Isegrim liever zou zien dan dien "van twee riddren in een perc" . Overigens moeten wij niet vergeten dat er voor zulk eene parodie omstreeks 1375 weinig reden meer bestond; het ridderwezen was niet meer wat het nog in de eerste helft der 13de eeuw was en de ridderpoëzie van de eerste helft der 14de eeuw was grootendeels namaak van de vroegere.

Dit verhaal staat te lezen in een brief, die uit de eerste helft der 1ste eeuw v. C. dateert. Hij werkte mede aan de hervormingen van Clisthenes, en streed bij Marathon. Na de daar behaalde overwinning was hij archont.