United States or Cuba ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik durf nog niet met uw ouders spreken, maar ik geloof wel dat ze hun toestemming zullen geven, wanneer ze weten, dat wij elkander liefhebben. De oude heer Laurence zal mij wel aan een goede betrekking helpen en dan, mijn lief meisje, zul je mij gelukkig maken, is 't niet? Ik smeek je nog niets aan je familie te zeggen, maar door Laurie een enkel hoopgevend woord te zenden aan je

Met verwondering zag ik, dat het oude magere paard van den kleermaker keurig en krachtig met de andere meegaloppeerde. Het leek mij, alsof het oude dier blij was te mogen toonen wat er wel in hem stak. En de kleine magere snijder zat te paard als de beste van ons! Ik geloof dat het paard een even groote huichelaar was als zijn meester.

Een andere Germaansche legende, die harer oorsprong dankt aan dit geloof, is het verhaal van Bisschop Hatto, den ongelukkigen prelaat, die, geërgerd door het gezucht der armen tijdens een hongersnood, hen allen levend verbrand had in een verlaten schuur, evenals de ratten, waarop zij, volgens zijn zeggen geleken en hun niets had willen meedeelen van het kostelijke graan dat hij voor zich zelf had vergaard.

"As jij 't wèl geloof" , redeneerde het ventje, zwaar hinkend in de sneeuw: "dan hei-je ze je belazerd en da's stom genoeg voor zoo'n groote kerel." "Dank-ie wel", grinnikte Eleazar, opgewekt door de frissche brutale geluidjes naast 'm: "maar 'k denk dat 'r nog wel 'n páár dingen in 't leven zijn, die jij èn ik nog nie weten.

Ik geloof alleen in de verbeteringskracht van goed gezelschap en lustwekkenden arbeid. Hoe weinig ik in zulke waaghalzerijen kwaad zag, blijkt wel uit het volgende. Ik had een nieuw zondagspak gekregen. Dat was heusch een weelde, die niet ieder jaar voorkwam.

"Het zal, geloof ik, beter zijn dat ik het u vertel, nu ik u reeds zooveel gezegd heb," hernam zij. "Bovendien was het een zeer zonderlinge droom, en als ik aan droomen geloofde, zou hij mij bang gemaakt hebben, maar dat doe ik gelukkig niet. Ga zitten, dan zal ik 't u vertellen, eer ik het vergeten ben. 't Is geen lang verhaal."

Gij zegt, dat uw leven zoo troosteloos eenzaam is, dat gij God hebt gesmeekt er een einde aan te maken. Vergeef mij, lieve tante, maar ik geloof dat gij met zoo te spreken God en ook hen, die u zoo hartelijk liefhebben, beleedigt. Gij vraagt God om den dood, dus om het grootste ongeluk dat mij kan treffen.

De stad heeft eene bezetting van omstreeks vierduizend man, geloof ik; op de straat, in de restaurants en konditoreien, in de buitentuinen en zomertheaters, overal wemelt het van soldaten en officieren, wien ge het kunt aanzien dat zij zich ten volle bewust zijn van de hooge beteekenis der armee in den pruissischen staat.

Maar Justus lette niet op den schorren lach, waarmede de ongelukkige om den hoek der straat verdween. »Hildegarde!" prevelde hij: »Hildegarde, zegt ze.... Ja kind, je hebt gelijk, ik kom!... Ik wist niet wat ik deed, Marieken. Ik geloof dat ik krankzinnig ben!".... Mèt gaf een krampachtig schreien aan zijne geweldig overspannen zenuwen lucht. »O!" kermde hij: »nu is =alles= verloren!"

Ik gaf slechts hetgeen ik hoorde, maar geloof zeer zeker, dat zelfs onze R.-K. landgenooten de preek van monseigneur Balin wel wat door de zuiderzon gekleurd zullen vinden.