United States or Serbia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Over Musschenga en Muischenga hebben de heer P. Leendertz Wz. en ik zelve in het tijdschrift De Navorscher, dl. XXVII, bl. 78 en 80, en dl. XXVIII, bl. 75, het een en ander te berde gebracht. Om herhaling en te groote uitvoerigheid te myden, verwijs ik den belangstellenden lezer dus dáár heen.

Zie over die wijze van regtspleging, behalve de O. F. W., ook het voortreffelijke werk van HALSEMA, bl. 56, 76, 91 en vervolgens, in Aanteekening 9 breeder vermeld. Aanteekeningen op de Oude Friesche Wetten, 40, 106, 179, 197. Zie WORP VAN THABOR, Kronyk, IV 2.

Zie mijne verhandeling over den loop der rivieren door het land der Friesen en Batavieren bl. 49 in de Vrije Fries, IV Deel 1e Stuk, 1845. Met nog eene opmerking betreffende de taal wil ik eindigen. Zij die nog slechts eene oppervlakkige inzage van het H. S. hebben kunnen nemen, zijn getroffen door de beschaafdheid van de taal en de overeenkomst met het tegenwoordige Friesch en Hollandsch.

Men erkent hem o.a. aan eenige vezeltjes doek, die hij steeds tusschen de tanden heeft. Ter bezwering trekke men met den voet een streep over den weg, zeggende: "Als ge van God komt, dan nader; als ge van den duivel zijt, dan blijf vóor de streep." Hij toont zich ook dankbaar voor bewezen weldaden; zie Volk en Taal I, bl. 48; verder III, bl. 209, IV, bl. 5. Vergel, ook H. Welters, Limb.

Ie Zang, vs 280, bl. 8, rl 6 v. o. De grond herbouwde zich. Ik geef 't in bedenken, of de dichter, in plaats van het nederduitsch: "Men herbouwde den grond", niet een gallicisme gebruikt heeft.

In 't jaar 1574 wilden eenige Spanjaarden een aanslag op Delft beproeven. Maar tijdig ontdekt zijnde werd hun, toen ze al lang buiten schot waren, een hagelbui van kogels achterna gezonden. Slechts een kalf werd hierdoor gedood: De Navorscher III, bl. 373. Gouderak: Rakkers, berustend op volksetymologie. Schiedam: Toovenaars. Men zegt: "Twintig van Schiedam, negentien kunnen tooveren."

De hooggeleerde is vrijzinnig genoeg, er geen bezwaar in te zien; zie Eelcoo Verwijs, Nutsalmanak. 1868, bl. 151 vlg. Eigenlijk behoort de St. Maartensgans thuis in de Saksische gewesten van ons land.

Zij liepen tot bij een herbergier: daar dronken ze een pot en ze zaten bij 't vier. Hoe het komt, dat deze varianten in het oude sterrelied werden ingelascht, is op afdoende wijze door Boekenoogen in het Jubelnummer van Volkskunde , bl. 24 vlg. verklaard. Maar men wachte zich, parodieën als deze te zwaar op te vatten en aldus verkeerd te beoordeelen.

Inleiding, bl. De passage over de ligging van Quelpaerts-eiland luidt in de: I. Uitg.-Saagman: "onsen Stuerman had de hooghte genomen, ende bevonden 't selve Eijlandt te leggen op de hoogte van 33 graden 32 minuten". II. Uitg.-Stichter: "hier wesende hadde onse stuerman de hooghte genomen ende bevonden Quelpaerts Eylant te zijn, leggende op de hooghte van 33 graden 32 minuten".

Van den Potestaat, wiens aanvankelijke regering door sommigen later gesteld wordt, is weinig aangeteekend; doch van den moord des Bisschops zegt ook onder anderen de heer v. Doch zijn voorbeeld heeft misschien niemand geleerd het niet na te volgen, en de bemoeiallen zijn nog niet uitgeroeid." Verg. F. Sjoerds, Jaarb. II. 23 volgg. Bl. 63. Ao 838. De verderfelijke leere der Arriaanen.