United States or Bahamas ? Vote for the TOP Country of the Week !


Werd ooit eene afschuwelijker daad bedreven, dan die welke door Byron aan de westkust is bijgewoond, die eene ongelukkige moeder haar bloedend en stervend kind zag opnemen, dat haar echtgenoot meedoogenloos tegen de steenen had verpletterd, omdat het een mand met zeeëgels had laten vallen?

Dat glaukonietzand wijst op het begin der zeevorming, die zich zal uitstrekken over het zuidoosten van Ile-de France. Daarboven vindt men eene grove kalksteen, met vele schelpen, en een ontzaglijk aantal nummulieten; daarin komen groote tweekleppige weekdieren, zeeëgels en eene cerithidensoort voor, die voor die laag kenschetsend is.

De eerste zekere sporen van organische wezens zijn in de cambrische lagen gevonden, hoofdzakelijk in Engeland en Zweden. Het zijn afdruksels van zeer laag staande zeeplanten en zeedieren, wieren, ringwormen, weekdieren, sponsen, polypen, zeeëgels.

Dikwijls zijn de dieren dezer hoofdafdeeling vijfstralig. De mondopening ligt aan den onderkant des lichaams. De Stekelhuidigen bewegen zich met behulp van in rijen geplaatste voetjes, die kunnen worden uitgestulpt en ingetrokken. Zeesterren, zeeëgels, zeekomkommers. Alle Stekelhuidigen leven in de zee; zeeëgels worden soms in de landen nabij de kust voor bemesting gebruikt.

Zij kunnen zich door middel van hunne kleine voelhorens langzaam bewegen. De zeesterren en zeeëgels hebben rudimentaire oogen: het zijn roode vlekken, gelegen aan de benedenzijde der stralen, vlak onder de uiterste voelhorens. Het licht wordt sterk daarin gebroken. Zij verdienen nauwelijks den naam van oogen, maar toch zijn zij het reeds.

Doch de eenheid van oorsprong der gelede dieren is duidelijk aan te toonen. Maar wij moeten niet te snel vooruitgaan, opdat wij met oordeel den gang van zaken kunnen volgen bij die langzame en grootsche ontwikkeling van het leven. Even laag op de trap der organische wezens staan de Echinodermen of stekelhuidigen, crinoïdeën, zeeëgels, holothuriën, enz.

Het is, alsof de zee nog eerst onlangs teruggetrokken is, en zóó de onderzeesche dierenwereld, zooals zij toen leefde, ongedeerd voor onze oogen toovert. Men vindt daar ontzaglijke groepen hippuriten, omgeven door poliepen, zeeëgels, weekdieren, die in die dierlijke koloniën vereenigd leefden, overeenkomende met die, welke op de koraalriffen der Antillen en Oceanië leven.

Daar ook vertoonden zich magnolias, met groote bloemen, die de lucht met hare doordringende geuren vervulden, prachtige ahornboomen, verschillende soorten van eikenboomen, kastanjeboomen met de met stekels als zeeëgels bezette vruchten, caoutchoucboomen, waarvan het sap uit hunne geopende aderen stroomde, pijnboomen met hunne énorme bladeren; vervolgens kleiner van stuk, schitterender van kleuren, geraniums, rhododendrons, laurierboomen, in bedden geschikt, die de wegen omzoomden.

Schudt men de groote dooreengevlochten wortels, dan valt daaruit een menigte kleine visschen, schelpdieren, inktvisschen, kreeften van alle orden, zeeëgels, zeesterren, prachtige Holothuriae, Planariae, en kruipende Nereïdae in tal van vormen. Dikwijls keerde ik naar een kelptak terug, en ontdekte dan altijd dieren van onbekende en merkwaardige structuur.

Indien wij honderdduizend jaren later, in de gaultperiode, dezelfde kusten bezoeken, dan vinden wij daar groote hoeveelheden zeeëgels en één- en tweekleppige weekdieren; wij zien weder geheel andere koppootige weekdieren dan tijdens de neocomische periode, en geheel nieuwe geslachten en soorten, zooals de turruliten en de helioceraten.