United States or Ecuador ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het weelderige huis van de Atheensche Bacchis verzichtbaarde in pracht van scharlaken gordijnen, pauwebed, verguld vaatwerk, rozenkransen, die de ædilen aan de scænische uitmonstering hadden verspild. Tusschen die weelde zaten de Bacchides, de zuster-hetæren; door de opene deur zagen zij den adulescens, wezen zij, fluisterden zij met elkaâr.... O-oh! juichte de cavea. Zoo was het goed!

Ik hoop lang genoeg te leven en werk van zulk een hoedanigheid voort te brengen, dat ik aan het eind mijner dagen instaat zal zijn te zeggen: "Zie, hierheen leidt het kunstenaarsleven!" Twee van de meest volmaakte levens waarmede ik bij eigen ervaring kennis heb gemaakt, zijn die van Verlaine en van prins Kropotkin, twee mannen die beiden jaren gevangen zaten.

Wat viel er al niet over en weer te bespreken en te vertellen tusschen die beide gelukkige menschenkinderen, die daar aan den boschrand op het kussen van bloeiende struikheide in den vollen zonneschijn zij aan zij zaten! Het sprak zoo vanzelf dat zij beiden één werden. En toch hoe licht zou hetgeen vanzelf sprak niet gebeurd zijn!

Haar ouders zaten reeds met hem ter neder, toen zij langzaam een rottingstoel wat aanschoof, en zich langzaam er in neêr liet zijgen, als wilde zij hem goed doen merken, dat zijn bezoek haar stoorde, en dat zij zich bij hen voegde, alleen omdat de beleefdheid dit eischte.

De ander werd dit gewaar, gaf een vreeselijken gil en slingerde zich zelf snel op den kant van het graf omhoog. De anderen daardoor hevig ontzet, lieten het graf open staan en vluchtten, alsof hun honderdduizend duivels tegelijk op de hielen zaten.

Het was negen uur 's avonds, toen de man, volkomen uitgeput, met zijn hond, die hinkte en kreupel liep door de ongewone inspanning, den heuvel afkwam langs de kerk van het stille dorpje, door de straat strompelde en een kleine herberg binnensloop, waarvan het licht hem had aangelokt. In de gelagkamer brandde een vuur en enkele boerenarbeiders zaten er omheen te drinken.

Daar was een afdak dat op vier houten palen rustte en waaronder ruw houten tafels en banken stonden. Die waren leeg op één na, waarop twee mannen zaten. Zij zagen mij aankomen. Zij schenen zorgvuldig en oplettend naar alle kanten te hebben rondgekeken, want menschen van hun slag moeten steeds op hun hoede zijn.

Er was een vergadering van het gilde der blinde zangers, in de Luciakerk. Hoog boven op het koor achter het altaar zaten dertig oude blinde mannen op de gebeeldhouwde koorstoelen der Jezuïeten. Zij waren allen arm, de meesten van hen hadden den bedelaarszak en hun kruk naast zich liggen. Er heerschte een plechtige, ernstige stemming.

Te midden van groen en bloemen, zijdegeglans, goud- en juweelengeschitter, stemmengegons, in een zee van licht zaten wij daar met een champagneglas in de hand, 't was middernacht, over ernstige onderwerpen te spreken. Van tevoren wisten we, dat hij ons zou uitlachen en minstens ons "mal" vinden. Wij lieten er ons niet door afschrikken.

Er zaten in dit vertrek rondom een groote eiken tafel een twaalftal van de doorluchtige stamhouders van de Saksische familiën der aangrenzende graafschappen.