United States or Samoa ? Vote for the TOP Country of the Week !


Don Juan del Mulino. Cupidon pour dieu adoré Tire d'un petit arc doré Deux traicts de différente sorte; L'un d'eux rend l'amour honoré, Et l'autre trouble et malheur porte. De predikant Malthus zat aan een der ramen van zijne studeerkamer, en tuurde naar buiten.

De kort-gegraasde wei strekte zich tengergroen ver-uit achter de lange schaduwstreep der hooge populieren, in den blauwen hemel hingen witte wolkjes, die nauwelijks schenen voort te drijven en 't diepe water sliep tusschen zijn bloeiende oevers, waar de fijne karrekiet zoo landelijk en zoo zoet in het riet zat te kweelen. Fonske werkte.

Meer en meer begon Bernard te houden van die wandelingen met haar. Op kantoor zat hij er naar te verlangen. En hij richtte zich er op in, behalve 's Zondags, nog tweemaal in de week naar Bussum te kunnen gaan, ofschoon 't moeite kostte en nachtwerk dikwijls.

"Niks", zei hij: "steenen dragen. Zal 'k harder lezen?" De dreunslag van 'n heipaal die omlaag smakte, rammelde tusschen de buitenmuren. Nou-ie zweeg hoorde-die de plank zwiepen en stooten, waarover de steendragers liepen. "Ja, lees harder," zei ze, 't hoofd weer in rust achterover, maar nog vóor-ie 'n woord had gesproken, zat ze gejaagd op. "Wi-je me stoel 'n beetje na 't raam douwe?"

Zoo kon men hem Zondagsmorgens vaak opmerken op het kerkhof, voorzichtig tusschen de graven doorloopend, nadat de gemeente de kerk binnengegaan was, en hij zat daar dan zoolang de dienst duurde bij de groote deur, en luisterde toe, zooals men luistert naar het geluid in een bijenkorf.

Als zij des Zondagsmiddags, met haar propere spullen aan en met "De Vinger Gods" voor zich, het boek, dat alle meiden van Mevrouw Verscheer des Zondags te lezen hadden gekregen, maar door geen nog gelezen was in het kleine keukentje zonder uitzicht de wacht zat te houden om eenmaal of tweemaal, of ook wel niet, naar voren te komen als er gebeld werd, dan had zij nog wel een bleeke voldoening zich zoo zindelijk te voelen en zelf te zien, dat ze er zoo netjes uitzag; maar zoodra 's Maandags, in het gehaaste smerige werk, de eerste veeg of vlek die helderheid was komen besmeuren, liet het haar verder onverschillig, en zij slonsde de week door, tot zij eindelijk, vies van zichzelf, 's avonds vaak schreiende en zonder te bidden in bed kroop.

Tante Olympe had reeds pleizier op voorhand en lachte mee. Romaan zat beteuterd rond te zien en Madeleen krulde, halvelings glimmend, haar lippen omme. Goedele merkte dat ieder begrepen had, en grijnsde: Gek, hee! Maar hoe komt hij eraan!... Ja, hoe komt hij daaraan!

Deze zat hem echter reeds in alle voornaamheid af te wachten: Een ronde hoed met slappen rand, dien de kok enkel bij feestelijke gelegenheden droeg, dekte zijn kop! Een mantel omhulde zijn plomp lichaam, terwijl een breede, witte halskraag aan het domme varkensgezicht een vreemde waardigheid verleende.

Er zat maar één vent, een habitué, fluisterend met den pianist. Op 't kleine, bontbelapte tooneeltje, in een halve cirkel, zes meiden, erg gedecolteerd, beschilderd en bepoederd. Ze zaten te geeuwen en te kwebbelen. Loom-nonchalant lieten ze de dikke tricot-beenen hangen tegen 't planken-vloertje. Maar 't binnenkomen van de heeren bracht er wat leven in.

Pacôme placht, haast dagelijks, in de shop zijn avondmaal te gebruiken, en hij deed het eenzaam telkens als het hem niet lukte door iemand uitgenoodigd te worden. Hij zat in een hoekje, vóór een met allerlei spijzen bedekt ammelaken. Hij drukte, nadat hij smakkend zijn servet over zijn knevels en zijn bakbaardje gewreven had, de hand van Ernest, die zwijgend naderkwam.