United States or Liechtenstein ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gij zult water drinken, gij zult zwart brood eten, gij zult op een plank slapen, met een ijzer aan uw leden geklonken, waarvan gij 's nachts de kilheid op uw vleesch zult voelen! Gij zult dat ijzer verbreken, ge zult vluchten. Goed. Op uw buik zult ge door doornheggen kruipen, en als de dieren des wouds gras eten. Maar ge zult weder gevat worden.

"Maak u daar niet bezorgd over, mijn zoon," zeide Don Quichot. "Al waren wij nog zoo ruim van mondvoorraad voorzien, toch zou ik daar niets van aanraken. Ik zal mijn leven rekken met de kruiden, die hier in de weide groeien en met de vruchten des wouds, want zoo verlangt het de waanzin, waaraan ik mij prijs zal geven." "Nu, dan wensch ik u smakelijk eten!" zeide Sancho. "Maar nog één ding!

Hij voegt er een lange roerende monoloog in waarin Enide verklaart zich van kant te willen maken, zij vraagt de dood om haar te komen huwen terwijl zij nog jong en fris is, en zij roept de dieren des wouds aan om haar op te komen eten; waren zij werkelik gekomen, zegt de dichter, dan zouden zij alleen maar vol medelijden met haar geweend hebben.

Eindelijk gaf hij zijn paard de spoor, en verdween als een schicht tussen de bomen des wouds. Het volk poogde zijn gulden harnas tussen het loof nog te ontdekken, maar tevergeefs de draver had zijn meester reeds ver uit het bereik hunner ogen gevoerd, dan bezagen zij elkander, en zuchtten met droefheid "Hij is in de Hemel teruggekeerd!"

Uitgestrekte, vruchtbare bouwlanden ziet men aan beide zijden, effen, met geen andere afwisseling in het relief dan de dijken, die de geschiedenis des bodems aanwijzen als de jaarkringen van de boomen des wouds. De boerenhuizen staan op zichzelf, meestal tusschen eenig geboomte, over de velden verstrooid, typen van groote landbouwhuizen.

"Ga maar!" zeide Mom, terwijl hij hem naoogde. "Had ik ooit zulk een uiterste van bloohartigheid bij u vermoed, nooit waart gij mijn vertrouweling geworden. Gij zijt alleen geschikt, om, evenals de laffe jakhals, den leeuw op zijn tocht te vergezellen, hem zijn vijand aan te wijzen, en de brokken na te kauwen, die de koning des wouds wil achterlaten."

Zij murmelt en stoeit als de beek des wouds, aan welker oevers de Zigeuners hunne hutten opslaan; zij huilt, loeit en piept, als stormen op de heidevelden en püsten, waar zij zich in aardholen verbergen.

Het is merkwaardig, hoe behalve het genoemde, ook nog verscheidene andere poëtische thema's en opvattingen in dit Finsche heldendicht voorkomen, die men ook in de gedichten der Grieken en andere volken aantreft. Zoo b.v. brengt Wainämoinen met zijn gezang de geheele natuur in verrukking, even als Orpheus zulks ook doet, en even als deze, verzamelt hij alle dieren des wouds om zich.

En wat meer in het bijzonder de door Tacitus vermelde geheimzinnige bosschen en wouden aanbelangt, zoo heeft geen volk eene zoo innige vereering en heilighouding voor hen bewaard, dan de Duitschers. Voor "dat, wat het woud vertelt," voor de "eenzaamheid des wouds," voor "droomen des wouds" enz. hebben hunne dichters steeds het meest opene oog en oor gehad.

Ja, zij waren roovers; geen armoedige, barre, weêrzin en afgrijzen wekkende wilde-mannen des wouds, als mij hadden gestolen uit de houthakkershut, maar wel twintig, dertig groote, sterke, gewapende roovers in korte mantels gehuld en met groote hoeden op.... Zij slopen wel tusschen het lagere hout vermoedelijk om niet langs den heirweg te gaan maar zij praatten toch en lachten zelfs onder elkaâr, als of zij hier thuis en bekend waren.