United States or Faroe Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hun dorpen zijn in het belang van hun werk aan de zoutplassen gelegen, waar ze hun levensonderhoud vinden. De hutten van zwart geworden stroo staan meestal op een door den wind gezweepte hoogte. Beneden liggen dan de pannen en de waterputten. In den winter is het de stille tijd, maar dan vervaardigt men de vormen voor het zout en de leemen ovens.

Eindelijk kom ik op het Plein der Waterputten, waar groote boomen staan en limonadeverkoopers de dorstigen te drinken geven. Het is een aardig gezicht, als die oude koperen watervaten in den put worden neergelaten en er beslagen weer uit worden opgehaald.

De omstreken der stad zijn uitnemend schoon en rijk aan bekoorlijke wandelingen. Een van de voornaamste sieraden der omliggende dorpen zijn de reusachtige baolis of waterputten. De uitdrukking put is echter min juist gekozen: het is een soort van vijver, door onderaardsche bronnen gevoed, en waarvan de waterspiegel altijd verscheidene ellen beneden den beganen grond ligt.

Hij heeft zijn fabelachtig monster met schubben onder den buik, niet de hagedis, met puisten op den rug niet de pad een monster, dat in oude kalkovens en droge waterputten huist, dat zwart, harig, kleverig is, nu langzaam dan snel voortkruipt, dat geen geluid geeft, maar slechts kijkt en zoo vreeselijk is, dat nooit iemand het gezien heeft; hij noemt dit monster "de doove."

Op den top daarvan was een paleis met een schoonen en grooten hof in het midden en met terrassen en zalen en kamers, allen afzonderlijk zoo fraai mogelijk en met aanlokkelijke, merkwaardige schilderijen en getooid met weiden daarbuiten en wonderbare tuinen en met zeer frissche waterputten en met gewelven vol kostbare wijnen, meer geschikt voor belangstellende drinkers dan voor matige en eerbare jonkvrouwen.

Een goede wagenweg voert van de nederzetting op de kust naar de huizen met tuinen en velden, die zich nabij den top van den centralen berg bevinden. Ter zijden van den weg staan mijlsteenen en vindt men waterputten, waaruit elk dorstig voorbijganger een teug goed water kan drinken.

Het komt verder geheel met het karakter van Osiris, als boomgeest, overeen, dat men zijn aanbidders verbood boomtakken kwaad te doen en met zijn karakter, als god van den wasdom in het algemeen, strookt de omstandigheid, dat men niet toestond waterputten, welke van zooveel gewicht voor de irrigatie van de zuidelijke landen zijn, dicht te werpen.

Wij hadden ons kamp opgeslagen in een fraai palmboschje, waarvan de schaduw ons zeer welkom was, en ons deed vergeten dat zulke bosschages ook de geliefkoosde verblijfplaatsen zijn van wilde dieren. Zoodra de zon was ondergegaan, kwamen honderde runderen naar de waterputten; en even daarna verkondigde een luid gebrul ook de nabijheid des vijands.

»Houthouwers en waterputters« duiden dientengevolge in de Heilige Schrift aan die pariahs, die op de laagste sport van de maatschappelijke ladder stonden. Wie nergens voor deugde, kreeg een bijl in de hand of een kruik op den rug. Houthouwen en waterputten kon een ieder nog!

"Alle huizen op alle eilanden werden in brand gestoken. Geen varken of kip werd in leven gelaten. Onze waterputten werden verontreinigd met de lichamen van de gesneuvelden, of anders bouwden ze hooge stapels koraal er over heen. Vóórdat de schoeners kwamen woonden er vijf en twintig duizend menschen op Oolong. Nu zijn we met met zijn vijfduizenden.