United States or Italy ? Vote for the TOP Country of the Week !


Van de helft van den Walachyschen woordenschat, die niet uit Italië kan afgeleid worden, is, volgens het beweren van den Slawischen geleerde Schaffarik, de helft Slawisch. Ja! zelfs verscheidene eigenaardige grondtoonen, vokalen, consonanten en samengestelde klanken van het Slawisch alphabet, zijn in het Walachysche overgegaan.

De Walachysche boeren staan daarom dien dag vroeg op, om de opkomst der zon en die "trillende beweging" aan haren lichtenden bol waar te nemen. Zij beschouwen het als een goed teeken en als eene reden tot vroolijkheid, als het hun gelukken mag, dit te kunnen waarnemen.

George, de schutspatroon der kudden, is bij hen de grootste en meest gevierde heilige van den kalender. De Walachysche bergbewoners en veehoeders trekken met hunne kudden de wereld diep in. Zij gaan met hunne kudden tot ver in Turkije, waar zij op den Balkan dreven en weiden bezitten, waarop zij het recht van grazen hebben.

De Walachysche taal heeft nog heden ten dagen vele woorden en wortelen, die wij noch uit de Turksche, noch uit de Slawische, noch uit de Latijnsche, noch uit eenige andere nu naburige en bekende taal, waaruit zij elementen ontvangen heeft, kunnen afleiden, en die daarom vermoedelijk aan die, door de Romeinen en Grieken als oorspronkelijke bewoners genoemde Tracische "Geten" en "Daciërs" toebehooren.

De Grieksche taal schoot zulke diepe wortels, dat zij zelfs nu nog, onder de Walachysche edellieden der Oostenrijksche provincie Bukowina, de gewone spreek- en schrijftaal is, zooals zulks in Petersburg met het Fransch het geval is. Verscheidene Grieksche woorden en elementen zijn daardoor ook geheel in de Dako-Romaensche taal en nationaliteit overgegaan.

Ook kan men ter nauwernood zonder schrik aan de bloedige wegen en vreeselijke schokken denken, met wier hulp alleen het zou kunnen gelukken, alle Walachysche stamgenooten, op wier ruggen in Rusland, in Gallicië, Hongarije, Zevenburgen, andere volken en staten zich opgebouwd hebben, te vereenigingen en ze te ontdoen van alle vreemde bestanddeelen.

Dergelijke dichtregels zijn wel in staat ons met het "barbaarsche" volk, dat ze dichtte, te verzoenen. En wie de hoogst belangrijke Walachysche volksverhalen gelezen heeft, die eenige jaren geleden door een Duitscher bijeen verzameld en uitgegeven werden, die zal aan de Walachyers eene groote mate van phantasie niet kunnen ontzeggen.

Hoe trouw en standvastig was, in weerwil van de, zijn volk in het algemeen ten laste gelegde "lichtzinnige vergeetachtigheid," b.v. de oude Abram Babecz, dien een Duitsch reiziger eens in Walachye ontmoette, en die naar Walachysche gewoonte 12 jaren om zijnen vroeg gestorven zoon treurde, d.i. steeds blootshoofds ging. En hoevele dergelijke trekken zou men hier nog niet bij kunnen voegen.

Nagenoeg alle hoogere betrekkingen en waardigheden aan het hof, zelfs de latere Walachysche Vorsten, kregen en behielden Slawische namen en titels. De geheele staats- en kerkelijke inrichting was in zekeren zin op Slawischen voet geschoeid.

Een dezer, "Dragosch" geheeten, trok, zooals de Walachysche kroniekschrijvers zich uitdrukken, "met de jeugdige bloem van het Romaensche volk," van uit de Marmarosch aan de bronnen van den Theiss, oostwaarts.