United States or Gibraltar ? Vote for the TOP Country of the Week !


Pieter zou vóór mij gaan zitten, en dan op de zijbankjes, bij zijn rechter knie, het mooie lieve Koosje, zijn eerste liefde, en bij zijn linker de "magere ende zeer leelijke van gedaante, rank van vleesche, en wier gelijke in leelijkheid niet gezien was in den ganschen Egyptenlande", met de gitaar onder de bank.

Al deze zoo verschillende jongelieden, van welke men trouwens slechts ernstig spreken mag, hadden denzelfden godsdienst: Den Vooruitgang. Alle waren de eigen zonen der Fransche Revolutie. De lichtzinnigsten werden plechtig bij het uitspreken van het jaar 89. Hun vaders naar den vleesche waren óf feuillanten óf koningsgezinden óf doctrinairen geweest.

De menschen worden telkens en telkens geboren naar den vleesche; zij worden slechts ééns geboren naar den geest en wanneer een mensch geboren is naar den geest, zegt men dat de Christus in hem geboren is.

64 Van de andere twee die het hoofd naar omlaag hebben, is die, die hangt uit het zwarte aangezicht, Brutus; zie hoe hij zich wringt en geen woord spreekt: 67 en de andere is Cassius, die zoo wel ter vleesche lijkt. 70 Gelijk hem behaagde, omwond ik hem den hals; en hij nam zijn tijd en plaats waar: en wanneer de vlerken genoegzaam geopend waren

'k Had een broer in Indië, ook al dokter, dien 't naar den vleesche ging. 'k Had hem geschreven: Jan, mijn eene poot is voor goed opgetrokken en heeft mijn carriére in de war geschopt, kun jij me ook in je apeland gebruiken? Jan was een goeie, hartelijke kerel en schreef me dadelijk terug: "Wim kom maar over, 'n aap meer of minder hindert hier niet.

"Heer ridder," antwoordde de kluizenaar, "uwe gedachten zijn die van een onkundigen leek, die naar den vleesche oordeelt.

Terwijl die heeren zoo spraken, en de heer Benett voorbeelden aanhaalde om aan te duiden dat het den ongerechten in dit ondermaansche veelal zeer naar den vleesche gaat, wandelden zij in de magazijnen van dien heer rond, die den fraaisten bazaar van de geheele hoofdstad, ja van het geheele koninkrijk Noorwegen vormden. Wat trof men al niet in dien bazaar aan?

Jy bent een regte Saulus, zei ik dan. En wat gaf Benjamin niet voor, dat hy zo eene innerlyke dingsigheid voor my hadt: hy was jong, moet je weten; hy hoopte, dat wy nog eens tot éénen vleesche zouden worden, wy die twee waren van natuur.