United States or Belgium ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eerst overlaadde men hem met vermaledijdingen en riep men onophoudelijk, zoo luid en zoo woedend, dat het over de velden hergalmde: "Ter dood, ter dood, de laffe moordenaar! Versmoort hem in het slijk, den verrader van Kerlingaland!" Bij de poort der stad rukte de razende menigte den proost van den wagen en dwong hem te voet te gaan. Dan begon men hem met modder en met steenen te werpen ..."

Aan het ontvangen bevel gehoorzamende, weken de Kerels, wien de baan nog vrijstond, al vechtende door de Hofstraat naar den burg, en een groot getal hunner geraakte er nog behouden binnen. Men had even de egge neergelaten en de poort gesloten, toen de Isegrims, onder het bulderen van vermaledijdingen en zegevierend geschreeuw, met hunne zwaarden er begonnen op te beuken.

Nu kwam Burchard met zijne bloeddorstige vrienden terug in de kapelle. Isaac Van Reninghe herkende des graven schatmeester. Hij sprong op hem toe, rukte hem, onder het bulderen van schromelijke vermaledijdingen, de kappe van het hoofd, greep hem bij het haar en sleepte hem over den vloer, om hem buiten de kerk te gaan vermoorden.

Burchard, die tot dan, door zijne gemoedssterkte te overspannen zich had kunnen bedwingen, sprong nu eensklaps recht en bief de dreigende vuist tegen den graaf op, terwijl uit zijne borst onverstaanbare vermaledijdingen opstegen: maar de proost, de kastelein, Robrecht, Segher Wulf, Yorg Koevoet, Matfried Wezel en andere vrienden omringden hem, biddend en smeekend, of omarmden en weerhielden hem met geweld.

De Kerels staarden van den toren in stommen angst op dit ijselijk tooneel, en menigeen ontvielen tranen van medelijden. Burchard Knap gromde met schorre stem en bulderde vermaledijdingen maar hij was bleek en scheen te beven. Een wapenbode trad vooruit naar den burg en riep uit al zijne macht tot de Kerels: "Ziedaar 's konings en 's graven gerechtigheid!

Burchard Knap zat met het hoofd op de handen in eenen halfduisteren hoek en bulderde schrikkelijke vermaledijdingen tegen Willem Van Loo en tegen de Kerels, die hun niet ter hulp kwamen, maar bovenal tegen Disdir Vos, den verrader, zonder wiens hulp de vijand nooit binnen Brugge zou geraakt zijn.

Burchard, die met diepe aandacht de rede van zijnen vijand had afgeluisterd, en bij elk woord had gevoeld hoe deze, door het verzwijgen of verdraaien der omstandigheden, al de schuld hem op den hals poogde te schuiven, wrong zijne vuisten, trappelde met de voeten en morde hoorbaar vermaledijdingen tegen zijnen aanklager.

Dan rees er een lange en schallende wraakkreet onder de menigte op, en terwijl velen der tegenwoordig zijnde lieden den burg afvloden, staken de anderen de gebalde vuisten dreigend tegen de Kerels op en stuurde hun de schrikkelijkste vermaledijdingen toe.

Onderwijl gromde Burchard onverstaanbare vermaledijdingen en, alsof hij zich zelven wilde tergen, nam hij de loodvervige roeten een voor een bij de teenen, hief ze uit den korf en telde: één, twee, drie, vier ... Al deze voeten waren naakt; maar nu haalde Burchard, van den grond der mande, eenen kleineren voet op die nog een blauw schoeisel droeg.

Geen middel was er om in den Steen te dringen. Dit onverwacht beletsel voerde hunne woede ten top, en zij poogden hunne spijt lucht te geven door het bulderen van allerlei vermaledijdingen. Maar Ingelram Van Eessen bemerkte eenen balk, die wat verder voor de deur van eenen wagenmaker ten gronde lag.