United States or Panama ? Vote for the TOP Country of the Week !


Laurie en Jo roeiden de eene boot, mijnheer Brooke en Ned de andere, terwijl Fred Vaughn, de rumoerige tweeling, zijn best deed beiden te doen omkantelen, door in een een-persoons giek als een dolle waterspin overal heen te schieten.

Ze was een huishoudelijk vrouwtje met een zeer sterk moederlijk instinct, en zij was zoo geheel verdiept in haar tweeling, dat zij buiten alles en allen leefde. Nacht en dag wijdde zij zich onvermoeid aan hen en liet John over aan de teedere zorg der dienstmaagd, want een Iersche vrouw zwaaide nu den schepter in het keukendepartement.

Hi-ha! balkten zij met den ezel meê; zij dansten zelfs even met de Gallen meê; Cecilianus, de "jongste" want hij was "de jongste" tweeling sloeg met de vlakke hand onder het laadje met naveltjes, dat de Archigal hem aanprijzend toonde en de naveltjes vlogen op, vielen her en der neêr en allen lachten en de Archigal vloekte en Fabulla en Nigrina wenkten belangstellend de knapen en het was een geroes van stemmen en een dol geroezemoes om hen heen.

Bij Herkles, ja, wie jullie beiden zijn? O, wie ik ben? Néen, zei Cecilianus; wie ik ben! Ik ben hij, zei Cecilius. En hij is ik, zei Cecilianus; en samen zijn we wij. Zijn jullie tweelingen? vroegen de baders: er waren oude kerels bij. Of ik een tweeling ben? vroeg, dom doende, Cecilius. Of jùllie tweelingen zijn.... O, of ik een tweeling ben? hield Cecilianus voor den mal.

Toen de grootvader der tweelingen te Syracuse dit verneemt, geeft hij aan den overgebleven tweeling, Sosicles, den naam van zijn verloren lieveling en naamgenoot, en noemt hem dus Menæchmus. De koopman uit Epidamnus, die geen kinderen had, neemt den gestolen knaap als zoon aan, bezorgt hem later een rijke vrouw, komt weldra te sterven en laat hem al zijn schatten na.

De jonge koning luisterde naar dit alles, dacht eenigen tijd na over haar woorden en beproefde vast te stellen, wie van de meisjes hij het best deed tot vrouw te nemen. Eindelijk besloot hij, dat zij het zijn zou, die gezegd had hem een tweeling met gouden haren te schenken.

Zeg nu eens goed, plaagde Cecilius; wil je weten wie van ons de tweeling is van den ander? Hij, wees Cecilianus naar zijn broêrtje; is mijn tweeling. En ik ben de zijne, wees Cecilius naar zijn broêr. En zij proestten het uit en rolden over elkaâr in het water. Wat doen jullie? vroegen de baders. Zij begrepen, dat deze grappenmakers, zoo jong, zonder pædagoog of geleide, géen patriciërs waren.

ABDIS. Door Epidamniërs werden hij en ik, En ook de tweeling Dromio gered; Doch weldra namen visschers van Corinthe Hun met geweld mijn zoon en Dromio af, Maar lieten mij aan die van Epidamnum. Wat later van hen werd, bleef me onbekend; En mij viel 't lot ten deel, dat gij hier ziet.

Waren echter die toevallen herstelbaar, dan zou natuurlijk de gelijkenis daardoor niet te lijden hebben. Zoo gebeurde het eens dat een der Texars, korten tijd nadat zij in Florida aangekomen waren, diens baard door een geweerschot, hetwelk rakelings op hem afgevuurd was, verbrand werd. Dadelijk schoor zich de andere tweeling de kin kaal, om baardeloos als zijn broeder te zijn.

Zij vraagt tot echtgenoot Bertram de Roussillon, die haar tegen zijn zin huwt en naar Florence gaat uit baloorigheid. Hij wordt er verliefd op een jong meisje, onder wier naam Giletta met hem slaapt en van hem een tweeling krijgt. Hierna begint hij haar te beminnen en behoudt haar tot vrouw.