United States or Guam ? Vote for the TOP Country of the Week !


De beide jongens haastten zich weg, om hun tuniekjes aan te doen. Hermes, beval Plinius. Bereid een mand voor die jongens. Doe er drank in en spijs. Breng mij de citroenhouten kist, die in mijn werkkamer staat. En het zilveren kistje, uit het schatkamertje. Er was een zenuwige ontroering tusschen gasten en slaven, nu de naam van den Keizer geklonken had.

Koud water dan maar alleen. Zij gaven hun bundeltjes in bewaring, wierpen hun grauwe tuniekjes af, stonden naakt, sprongen in het water. Het frigidarium was vol van zwemmers; boven, op een ommegang, zaten wie gebaad hadden, te kijken, te lezen.

De nacht, na den schitterenden Aprildag, was vochtig: een zilveren waas hing in de lucht, als een immens, doorzichtig spinnerag.... De jongens, in hun lichte tuniekjes, rilden.

Zij namen er uit hun gele, geborduurde tuniekjes en hun gele schoenen met lange kuitlinten. Bij Herkles! spotten de baders; de jongens kamden elkanders blonde haar, pakten de grijze tuniekjes in den bundel, vroegen den capsarius dat wel te willen bewaren. Bij Póllux! Wat zijn ze mooi! spotten de baders. Goed succes, hoor; moge Fors Fortuna je helpen! Mogen je de avontuurtjes bekomen!

Neen.... wezen de capsariï op het nisje met vuilvale, grauwe tuniekjes en bundeltjes. Wie dan? Wat dan? De tweelingen waren gezeten nu op den rand van het bassin, met de voeten in het water bengelend. Wrijf mij, Cecilianus, zei Cecilius; hier aan mijn hals, voor mijn stem. Dan zal ik jou wrijven.... En zij wreven elkaâr, om beurten, met kleine tusschenpoozen, de halsspieren, voor hunne stemmen.

Zij hadden nu in éens lust te gaan.... Zij zouden hun tuniekjes in hun bundeltjes mee nemen naar de Thermen. En hun dubbelfluiten.... Zij gingen nu baden en ze zouden aan Nilus zijn ezel vragen: zij zouden op den ezel naar de Thermen gaan, en van de Thermen op den ezel naar den Palatinus. Ach, jullie zijn gek! riep de dominus, ontstemd over hun zorgeloosheid en onbekookte uitvallen.

Wiè is toch de edele Plinius?! riep woedend nòg eens de dominus; de jongens stonden in hun gele tuniekjes, die de knechten hen open knoopten. Die weet ik óok al niet, hoe je die gekregen hebt! raasde de dominus voort. Uìt met die dingen....! En de knechten deden den jongens, steeds schreeuwend, steeds huilend, de tuniekjes uit.