United States or Montenegro ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij bleef als intieme huisvriendin met Van Raat en Betsy soupeeren. Morgen kom je toch, niet waar, Toos; morgenmiddag, om twee uur, komt de fotograaf! riep Marie. Het was dan Donderdag, maar Cateau zou niet naar school gaan, om uit te slapen, en om twee uur zou zij komen.

Hij zal je toch niet opeten! Allons Toos, ga meê, ik wil het hebben! Hij troonde haar naar Hijdrecht en hij dwong haar den volgenden Scottisch terug te vragen. Cateau werd boos op zichzelve, dat zij zoo had toegestemd, maar het was onmogelijk Paul iets te weigeren. Tot straks dus en niet meer boos zijn, mijn Toosje-lief! murmelde hij verliefd.

Die Cateau! Domme meid! riep Freddy lachend. Ik wist het heusch niet! betuigde Cateau; die akelige jongen! Kom Toos, dat meen je niet; je zou het niet geweten hebben! plaagde Paul. Cateau was vooral wanhopig, dat Paul haar niet geloofde....

Eline lachte zachtjes, gestreeld door Cateau's oprechte extaze. Heusch waar? Maar toe, Toos, noem me toch niet altijd zoo deftig: juffrouw Vere; zeg maar Eline voortaan, wil je? Cateau bloosde van genoegen en streelde het bont van Eline's mofje glad. Ze liet zich geheel en al inpalmen door die melodieuze stem, dien zachten, kwijnenden gazellenblik....

Komt u hier op mijn stoel, freule! riep, achter haar een jong meisje, dat, in een crême toiletje, boven de anderen uitstak. Je bent een dot, Toos, heerlijk! Ik kom. Mag ik even passeeren, mevrouw Van der Stoor; uw dochter redt me uit den nood. Mevrouw Van der Stoor, een dame, die onder pseudoniem gedichten schreef, week bits glimlachend uit.

... "O God, profester... niet snijje!"... "Nee, nee, kindje." Ze hield de oogen niet af van de instrumenten, stootend ademhalend... Hadde ze Toos niet in d'r been gesneje... De professor begon te ausculteeren.

"Exitus letalis staat te wachten... Tijd niet te bepalen"... Wat of profester nou weer zei... Joopie kon ook Frans parrelevinke... Maar nou was 't gedaan. Profester kleedde d'r an en de zuster kwam binnen. Ze was in éens klaar wakker, nou ze heen mocht, bij Toos. Zuster droeg haar weg in de wollen deken. Toos lee al te kijken. "Wat be jij 'n tijd weggebleve!"...

Nou werd ze weer wa-beter... 't Was toch wel gezellig zoo... dat ware nou allemaal dokters... die kwamme leere van den profester die alles wist... nou maar die bleeke zag d'r ook niet voordeelig uit... Wat had die zwarte bij 't raam 'n neus... 't leek wel niks... mot zoo'n groote man nog leere... nou breek me klomp... most ze nog lang blijve... Ze kreeg zoo'n slaap... Kemiek as je zoo lui lag... moeder had net de wasch vandaag... en morgen dat groote kantoor op de Heeregracht... wat brandde die kachel... daar kreeg je 't benauwd van... Was 't nou weer om te stoke?... Slape zou ze toch maar niet... as je slape ging sneje ze je ope om je van binnen te kijke... zoo as met Toos d'r been...

Maar hoe zoû ze daar zoo hangen! Hoe houd ze het uit! Ze ligt heelemaal in kussens, maar het is toch erg vermoeiend, zeide Toos. Je ziet natuurlijk niets van die kussens, freule. Natuurlijk niet! Het is heel mooi, ik heb nooit zoo iets poëtisch gezien.... Zeg eens, Toos, ik dacht dat je meê zoû doen? Ja freule, maar alleen in het laatste tableau met Etienne Van Erlevoort.

Terwijl, als je Paul en Etienne en de meisjes ziet, dat is altijd een gelach en een vroolijkheid.... heusch om er jaloersch van te worden. Die Toos is ook een lief kind. Men hoorde de artisten van de estrade springen. Losch was klaar. Paul en Etienne kwamen met Freddy, Marie en Cateau in kostuum de serre binnen, terwijl Lili naar bed ging, afgewonden door de drukte der twee laatste dagen.