United States or Northern Mariana Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Er is daarboven kennis genoeg te samelen, en toch kwynt 'n zeer groot deel der mensheid weg in walgelyke onwetendheid. Er is daar stof genoeg voor algemeene vreugd, voor genot, voor geluk... en toch, Meester, toch blyven jammer en leed hoofdtoon in de geschiedenis van dat arme mensdom!

Toch moest hij zijne riddersporen nog verdienen, en daarom hechtte hij waarde aan het gelukkig voltooijen der hem toevertrouwde brug. Buiten zijne dertig jaren bezat hij geen fortuin, en een oom van moederszijde was de eenige persoon op aarde, van wien hij mettertijd iets erven zou. Doch voorshands bekommerde hij zich daar niet om.

Ondanks die barbaarschheid, maakten wij vrij snelle vorderingen in de klassieke talen, en had ik mij in 't algemeen over mijn meester weinig, over zijne wederhelft daarentegen zeer veel te beklagen. Op haar toch rustte de niet onbelangrijke taak, om voor onze verdere ontwikkeling en veredeling van hart en gemoed het voetspoor onzer moeders te volgen. En hoe nam zij dien duren plicht op zich?

Nu ik geen broers had, wilde ik toch zusters hebben; maar Annie, de oudste, betoonde mij al niet meer genegenheid dan hare broeders; evenals zij, beantwoordde zij elke poging tot toenadering met stuurschheid en geen dag ging er voorbij, zonder dat zij mij eenige streek speelde, waarin zij dit moet ik erkennen zeer ver was.

Van Barneveld beantwoordde deze herhaling van Kartenglimps beleefdheid met een welwillende geste, en wilde juist vragen of de majoor inderdaad goed had gezien dat een kraai, telkens het nest van den lijster voorbijscherend, een sterken vleugelslag aan den wakkeren verdediger gaf, waardoor in 't eind het doode stuk tak moest zijn afgebroken; toen Eva, zich over het theeblad vooroverbuigend, zacht maar toch goed verstaanbaar de vraag tot hem richtte: of oom verlangde dat ze ook nu met het bezoek van.... mijnheer! maar alleen van de goedkoope thee zou gebruiken?

Toch is die volmaakte wijze zulk een schepsel. Eilieve, als de zaak eens bij stemming moest uitgemaakt worden, welke burgerij zou een dergelijk man aan haar hoofd willen hebben of welk leger zou zulk een aanvoerder kiezen? Of om het nog sterker uit te drukken, welke vrouw zou zulk een soort van man, welk gastheer zulk een gast, welke slaaf zou een heer van zulk een karakter óf wenschen óf dulden?

"De Majoorske is heel ziek," zei de gravin zacht. "Dat ben ik, erger dan ooit te voren." Weer werd het stil. Toen sprak de Majoorske op eens, met een harde, scherpe stem: "'t Is wonderlijk om aan te denken, dat ook gravin Elisabeth, die iedereen liefheeft, een echtbreekster is." De jonge gravin kromp ineen. "Ja, al is 't niet in daden, dan toch in gedachten en wenschen, en dat is hetzelfde.

"Ik was overtuigd, dat er, toen mevrouw Barclay 's avonds om half acht haar woning verliet, tusschen haar en haar man geenerlei twist was voorgevallen. Zij bezat nooit, zooals ik reeds gezegd heb, een hartstochtelijke genegenheid voor haar man, maar de koetsier hoorde toch, dat zij bij het heengaan op vriendschappelijken toon met den kolonel sprak.

's jaars verhoogd zou worden . Hij beminde de letteren, moedigde het beoefenen van de wetenschappen aan, zorgde dat ieder tevreden kon zijn over de regering, en was, ook door gematigdheid in de toenmalige twisten over geloofszaken, voor allen een voorbeeld ter navolging: want ofschoon de zelfde partij als Prins MAURITS toegedaan, had hij toch den moed, diens sterke maatregelen af te keuren, hem tot zachtheid en gematigdheid te raden en hem te waarschuwen voor de schromelijke gevolgen, welke de gansche wereld hem alléén zou wijten.

Waar toe toch al deze toestel en openlijke vertoningen; de geloovigen, dunkt mij, zullen 'er niet gelooviger door worden, en de ongeloovigen nog veel minder; was het dus niet beter, dat men, om zich aan geene spotternij bloottestellen, en om anderen niet te ergeren, of aanleiding tot onaangenaamheden en verwijdering te geven, binnen de kerkgebouwen bleef; daar mogen de onderscheidene geloofsbegrippen te pas komen, daar zijn wij Joden, Roomschen of Protestanten, op de straten en andere plaatsen zijn wij alle burgers, en hoe minder wij ons in dien kring door onderscheidene benamingen, leuzen of diergelijke trachten te onderscheiden, hoe meer wij immers de eensgezindheid en alzoo het algemeen geluk bevorderen.