United States or Pakistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men geeft deze saus bij tongen of tarbot. 1/2 lepel bloem wordt met boter geel gefruit; dan gekookt met ruim 2 m. bouillon, wat foelie en citroensap. Als het kookt, roert men er 2 o., 1 1/2 l. boter, benevens eene goede hoeveelheid gepelde garnalen door, neemt de pan van het vuur en bindt de saus met 3 eijerdoijers. De garnalen mogen zoo min als oesters medekoken, daar zij dan hard worden.

Maar hij beefde; in de schemering dier eene pit der veeltuitige, bronzen lamp zag zijn zuster hem aan, om hem te doorzien. En zij zag hem bleek en bevend, trots zijn luchtige woorden. Zij leefden van de gunst van den zielszieken Keizer, en die gunst kon ieder oogenblik keeren. Om niets, om een gril, een blik, een verkeerd woord.... Hij, Crispinus, de Egyptenaar, die van Memfis kwam een slaaf, zeide men, uit Canope, niet zeker van den oorsprong van dien intrigant, had zich al die jaren staande weten te houden in de gunst van den Keizer.... Hij was het geweest, die den Keizer de beroemde Tarbot had aangeboden, in de Adria bij Ancona gevangen, bij den Venustempel.... De T

Verlangt het spook geestelijke oesters, kabouterachtige tarbot en ragout uit den heksenketel?" en het meisje, nu een beeld van stralende vreugde, klapt in de handen. "Neen," antwoordt Guy, "maar de geest zal een reuzenmaaltijd houden met verlof van het meisje uit het betooverd kasteel, en zij mag den wijn zoo krachtig maken als zij wil."

In de volgende maanden zijn de verschillende vischsoorten het best: zalm en aal, van Junij tot Augustus; karper, van September tot April; snoek van Februarij tot April; tongen en tarbot, gedurende de zomermaanden; schelvisch, van September tot Januarij; kabeljaauw, van Februarij tot Mei; schol, van April tot Junij; rog, in Julij en Augustus; paling, van April tot October; baars en bot, van Mei tot September; elft in Maart en April.

En er kwam achtereenvolgens in overvloed; tarbot met aardappelen, hesp met laboonen, kalfsgebraad met aspergiën, kempische kiekens met salaad, een heel speenvarken, met bril voor de oogskes en appelsien in den snuit, honderd meters worst met witte kool enz., en er werd daarvan gegeten, opgeladen en bijgeschept dat het zweet hen op het voorhoofd stond en in hun telloor lekte.

Men noemt hem grow-mouneck, of de graauwe Monnik; men zegt dat hy tot het geslacht der kabeljauwen behoort, waar mede hy, zoo in gedaante als kleur, veel overeenkoomt, zynde zyn rug van een zeer donker bruine olyf kleur, en den buik wit. Men sneed hem dadelyk in groote stukken; ik kocht 'er verscheiden van, en zond dezelve aan myne vrienden. Van smaak scheen hy my zelfs den tarbot te overtreffen.

Ja! ik houd heel veel van tarbot." Toen Lewin met Oblonsky het hotel binnentrad, bemerkte hij op het gelaat en in de houding van den laatste iets heel bizonders, een onderdrukte levendigheid. Oblonsky ontdeed zich van zijn overjas, trad met den hoed een weinig scheef op het hoofd de eetzaal binnen en gaf den hem op den voet volgenden Tartaar zijn bevelen.

"Hebt gij een droschke? Zoo, dat is goed, ik heb mijn rijtuig weggezonden." Onderweg zwegen de beide vrienden. Lewin dacht er over na, wat toch de zoo dikwijls afwisselende uitdrukking op Kitty's gelaat zou kunnen beteekenen. Stipan Arkadiewitsch dacht inmiddels over het menu voor het diner. "Houdt ge van tarbot?" vroeg hij Lewin, toen zij voor het hotel stil hielden. "Wat?" vroeg Lewin, "tarbot?

Ook op de vischmarkt zag ik allerlei onbekende soorten, vooral van karpers en kabeljauwen; tong en tarbot worden hier niet veel gegeten. De afdeeling voor gevogelte was ook goed voorzien; ik stond verbaasd over die massa's levende kippen, eenden, duiven, kalkoenen en konijnen.

3. Gemêleerde vischsalade. Men neemt hiervoor allerlei visch, b. v. paling, snoek, tarbot, tongen en zalm, die men den vorigen dag kookt, in water met zout en peperkorrels, benevens het sap en de schil van 1 citroen. Eerst kookt men de paling, omdat die het minste zout noodig heeft; gaar zijnde, wordt zij er uit genomen, en men legt de snoek, met bijvoeging van zout, in den ketel, dan de tong, en eindelijk de tarbot, die beide nog wat meer zout dan snoek vereischen. De zalm kookt men afzonderlijk. De visschen mogen niet in het water koud worden, maar als dat