United States or Slovakia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar: de in één strofe paarwijze rijmende verzen werden nu vervangen door de kunstige versmelodieën met hun vlug rhythme, dat maar heel slecht paste bij het stijve zware Duits door hun talrijke, door elkaar geslingerde rijmen, de getelde lettergrepen en hun in drieën verdeelde strofen. Men voerde de nieuwe dichterlike stijl in met de hele vrouwendienst.

Hier is het telkens afgebroken beurtgesprek van middel reeds doel geworden: een virtuositeit. De dichter Jean Meschinot heeft die kunstvaardigheid tot het uiterste weten op te voeren. En het moet gezegd worden, dat de werking van het gedicht als politieke satire onder dien vreemden vorm niet lijdt. Ziehier de eerste strofe: "Sire ... Que veux? Entendez.... Quoy? Mon cas. Or dy. Je suys.... Qui?

Dit wordt gezongen door kinderen, die in een kring rondloopen, terwijl in het midden een meisje zit neergehurkt, met het hoofd in de handen. Het spel is drama geworden en vertolkt een ballade. Want na het zingen van de tweede strofe, treedt een tweede meisje in den kring en nu vervolgt het koor: Daar kwam haar lieve moeder aan, enz. Deze vraagt: Zeg kind toch, waarom weent gij zoo? enz.

Chastellain, die zijn Bourgondische gevoelens, als het pas gaf, merkwaardig op zij wist te zetten voor een pathetisch Fransch loyalisme, dicht een "mystère" op den dood van Karel VII, waarin al de aanvoerders, die voor hem de Engelschen bestreden hebben, als een eeregalerij van dapperen, een strofe zeggen, die hun daden vermeldt: Dunois, Jean de Bueil, Xaintrailles, La Hire zijn er bij, en tal van minder bekenden.

Erdoor waterden hare bezweken blikken zijwaarts toe naar Sebastiaan, en hare woorden trilden in deze stonde waarachtig van hopelooze droefenis. Bij de laatste strofe zonken hare armen neere, en binst de endakkoorden van 't klavier bleef ze nog staan, en haar gezichte bewaarde swijlens zijne smartelijke uitdrukking. Bravo! bravo! riep mijnheer Wilder. Elkendeen juichte haar toe.

Oorspronkelik is het zeker wel werkelik een twistpunt geweest tussen twee personen dat op die manier op staande voet door de zangers in zulk een verskamp werd beslecht. Maar hoe meer gewicht er langzamerhand aan de vorm gehecht werd, des te minder kon er sprake zijn van improvisatie en zo volgde de eene strofe de andere met een tussenruimte op.

Zeer in trek is bij voorbeeld het gedicht, waarvan elke strofe eindigt met een spreekwoord. Een ongenoemde wijdt in zulk een vorm een schimpdicht aan den gehaten prévôt van Parijs, Hugues Aubriot, bij diens smadelijken val.

Maar elke strofe bevat de geheele stemming, wier aroma zich als bloemengeur verbreidt. Het melodische lied is dus uiteraard welluidend en eenvoudig. Teeder als een zucht en toch weelderig van rythme en bloeiend van klank.

Hij heeft dat getoond in den Eersten Martijn, vooral in de eerste helft waar de aandoening door de strofen golft en telkens een beeld of een vergelijking de strofe komt afronden als het schuimkroontje den top der golf. Hij heeft dat getoond in zijne beide laatste lyrische gedichten en in menig brok van zijn overig werk dat, zoo al niet schoon, dan toch bevallig of aardig mag heeten.

Hoe genoten ze van dat rijden in de sleê, glijdend over den malschen, molligen sneeuw, omringd van wit-wit, belgerinkel en heilige natuurstilte! 't Was een feest! Het kwam aan de ziel! En hij stond recht, Pallieter, recht van overmatig geluk, en soms liet hij honderden knallen van zijn zweep naar de verre einders loopen, of zong de strofe van een machtig lied.