United States or Poland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wij moesten wel zwichten, en Nearchus wist alles zoo juist te regelen, dat wij in de Middellandsche zee lagen, eer drie maanden verloopen waren. Toen Alexander vernam hoe het met zijn ontwerp afgeloopen was, werd hij zoo vermetel, dat hij de drooge straat wilde uitdiepen, Irtha ten spot.

In de wijk St. Jacques verlieten de studenten met geheele scharen hun woningen en gingen naar het koffiehuis "Van den vooruitgang" in de straat St. Hyacinthe, of naar het koffiehuis der "Zeven biljarts" in de straat des Mathurins. Daar stonden voor de deuren jongelieden op straatpalen en deelden wapens uit. Men plunderde de werkplaats in de straat Transnonain, om barricaden te maken.

"Langer dan vijf minuten kan het niet geleden zijn." "Gij verspilt hier uw tijd en elke minuut is nu kostbaar," zeide de bode. "Geloof mij op mijn woord, dat mijn vrouw er niets mede te maken heeft en volg mij naar het andere eind der straat. Als gij niet wilt, dan ga ik alleen," en dit zeggende liep hij den anderen kant uit. "Ik volgde hem onmiddellijk en greep hem bij den arm.

Als schoeisel dragen de dames op straat houten klompjes, zoo eenvoudig als men zich maar voorstellen kan. Een vierkant plankje met een lint, dat tusschen den grooten en tweeden teen door gaat, en onder het plankje van voor en achter een paar klosjes, dat is alles.

De afkeer van het onderwijs der kinderen van het volk was een leerstuk. Waartoe "halve verlichting?" Dat was het orderwoord. Het zwervende kind is het gevolg van het onwetende kind. Ook had de monarchie soms kinderen noodig en dan schuimde zij de straat. Onder Lodewijk XIV, om niet verder terug te gaan, wilde de koning met recht een vloot scheppen. Een goed denkbeeld.

Van af die poort gingen wij nu een uur ver langs een geplaveide straat, die evenwel niet onderhouden is, door een aan weerszijden door reuzenbeelden afgepaalden weg naar den tempel, waar de lijken der gestorven keizers eerst gebracht worden, alvorens zij in de graven nedergelegd worden.

Zeg, Dorus, zul je je goed houden?" vraagt Strijkman nog eens. De parels van angst en zenuwachtigheid staan op zijn voorhoofd. De onnoozele jongen ziet hem wezenloos aan en vraagt: "Niemendal zeggen?" "Hou nou asjeblieft op met zeuren, Strijkman; je bederft er meer mee dan je goedmaakt," zegt vrouw Juttner, terwijl zij met de anderen de straat opgaat.

»Nee, nee, hij heeft er geen gehadzei de heer Brownlow lachend. »Kom, zet je hoed af en praat een woordje met mijn kleine vriendje.« »Dit onderwerp ligt me na aan 't hartzei de driftige oude heer, terwijl hij zijn handschoenen uittrok. »Er liggen altijd sinaasappelschillen in onze straat en ik weet, dat ze daar neergelegd worden door den jongen van den chirurgijn om den hoek.

Vlak onder hem de kleine kom van 't dorp, met zijn door palmhagen gescheiden hofkens en de ééne straat, die uitliep in het opene veld, dat zich, uren ver, wit uitstrekte met bosschen, vlakten, waterloopen, eenzame huizen, traagdraaiende molens, kasteeltjes, boomenbeplante wegen en andere dorpen, tot ginder heel, heel ver, waar de besneeuwde heuvelen van Grobbendonck zich wazig afteekenden op de loodgrijze lucht, die zwaar en roerloos over de witte wereld stond!

Aan de brug, neen daar brandde juist de helderheid van een gaslicht en daar was ook te veel beweging van voorbijgangers. Hij wachtte. Nog twee straten verder reden zij, tot aan den spoorweg; langs de zwarthouten paalstaken lag een breede streep duisternis. Het Tuinstraatje waren ze reeds voorbij. Nu moest het ... want 't stapelhuis was maar eene straat verder.