United States or Niger ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ongetwijfeld behooren de Apen tot de levendigste en bewegelijkste zoogdieren. Terwijl zij bezig zijn voedsel te zoeken, zijn zij geen oogenblik in rust. Voor een deel is de verklaring hiervan te vinden in het feit, dat nagenoeg al wat gegeten kan worden, hun als voedsel welkom is. Vruchten, bollen, knollen, wortels, zaden, noten, knoppen, bladen en sappige stengels vormen den hoofdschotel van hun maal; insecten worden echter niet versmaadt, eieren en jonge vogeltjes, als lekkernijen beschouwd. Daarom vinden zij overal wat te bekijken, te grijpen of af te plukken, te besnuffelen of te proeven; het beste wordt opgegeten, het overige weggeworpen. Dieren, die op deze wijze voedsel zoeken, maken veel beweging. Daarom komt de apenbende geen oogenblik tot rust. Van eigendomsrechten hebben deze schelmen een uiterst beperkt begrip. "Wij zaaien, maar de Apen oogsten," zeggen de Arabieren van Oostelijk-Soedan. Akkers en tuinen worden als allerbekoorlijkste plekjes beschouwd, en zooveel mogelijk geplunderd. Iedere Aap vernielt, als de gelegenheid schoon is, tienmaal meer dan hij opeet. Tegen zulke spitsboeven baten geen sloten of grendels, geen heggen of muren; zij maken de sloten open, klimmen over de muren, en wat zij niet opeten kunnen, nemen zij mede, goud en edelgesteente incluis. Men moet met eigen oogen een troep Apen hebben gezien, die op roof uitgaat, om zich goed te kunnen voorstellen, dat een boer zich over deze dieven halfdood kan ergeren. Voor wie er geen schade door lijdt, levert echter de Aap, die, aan een rooftocht deelnemend, al zijn kracht en vlugheid ontwikkelt, een hoogst interessant schouwspel op. Hij toont zijn bekwaamheid in 't loopen, springen, klauteren, potsen maken en desnoods ook in 't zwemmen. De kunstjes, die hij in de boomen verricht, grenzen aan het ongeloofelijke. Alleen sommige Menschapen en Bavianen zijn log in hunne bewegingen, de overige Apen zijn volleerde acrobaten; 't is alsof zij kunnen vliegen. Sprongen van 6

Hij liet niets merken van hetgeen er in hem omging en het was hem in het geheel niet aan te zien dat hij wist dat er twee moordenaars met hem aan tafel zaten, twee spitsboeven die niets minder in hun schild voerden dan hem en zijn geheele gezin te vermoorden.

Waren het rafters, die uw vrouw en kinderen vermoord hebben?" "Ja, dat waren rafters! Gij hebt volstrekt geen reden om trotsch te wezen op uw beroep, en u voor beter te houden, dan de Roodhuiden zijn. Zooals wij hier bij elkaar zitten, zijn wij allen gauwdieven en spitsboeven." Deze bewering ontmoette natuurlijk de levendigste tegenspraak.

"Verachtelijke spitsboeven zijt gij allen, niets anders! Het is eigenlijk een schande voor mij, dat ik u te woord sta. Ik heb u dan ook louter vergund mij te naderen, om eens te zien hoe ver zulk gespuis de vermetelheid wel durft drijven. Gij hebt aan te hooren, wat ik zeg, en daarover niet te kikken of te mikken.

Hadden de spitsboeven slechts tot de dievenkaste behoord, dan zouden wij ons nog kunnen troosten; want vooreerst zouden we dan het grootste deel van ons eigendom teruggekregen hebben, en ten andere er niet slechter aan toe zijn geweest, dan vele anderen; maar...." »Blijf bij de zaak, want mijn tijd is beperkt!" »Ja, dat weet ik al! De oude Hib kan hier in Perzië niets naar uw zin doen.

Zij bezwoeren bij hoog en laag, dat zij hier alleen post vatten, opdat de dieven langs dezen weg niet zouden kunnen ontkomen. Toen wij eindelijk op de open plek waren aangekomen, heerschte daar een stilte als van het graf. De helden kregen het benauwd. De spitsboeven konden ieder oogenblik te voorschijn komen, of zich achter een boom hebben verborgen.

Ongetwijfeld zou de moedige en verontwaardigde mestiesche vrouw hem, had zij maar een wapen in haar bezit gehad, op gevaar af van door Squambo en zijne spitsboeven vermoord te worden, als een gevaarlijk wild dier afgemaakt hebben. Maar zij kon niets doen. Zij stond daar roerloos en keek met starend oog de negers aan, die op den oever arbeidden. Nergens ontwaarde zij het gelaat van een vriend.

Ongelukkig zijn deze aanhankelijke huisvrienden afschuwelijke gauwdieven; als echte spitsboeven uitgerust, weten zij zich overal te nestelen en bereiden hun gastheer niets anders dan schade en verdriet.

In een oogwenk werden Ortik en Kirschef met de andere zes spitsboeven aangepakt, op den grond geworpen en gekneveld, hetgeen zooveel te gemakkelijker ging dewijl zij niet beter wisten of het kwam zoo in hunne rol te pas, zoodat zij zich in het geheel niet verweerden. Te midden dezer vertooning, wordt er op eens iets anders geroepen. Ik niet, mijn brave kozakken!

Gelukkig had hij zijn broodzak aan de handen der roofzuchtige spitsboeven weten te onttrekken en kon dus zich zelf en zijn heer een stevige hartsterking voorzetten. Hierop bestegen beiden hunne dieren en kwamen nog voor den donker midden in de Sierra Morena, waar zij in een eng rotsdal onder eenige zware, lommerrijke boomen hun nachtleger opsloegen.