United States or Côte d'Ivoire ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het rood der geraniums was dof en dik, als gedroogde bloedvlekken, de stamrozen schoten hoog te voren glansend zijig purper, somber van schoonheid, de theerozen waren licht-gelig wit, licht-groenerig wit, van een warme zuiverheid, de maandrozen slingerden zich laag en verwilderd dooreen, met hun speelsch even blozende blaadjes, dun en licht en uitgevallen als stukjes verscheurd geverfd papier.

Zij waren echter zeer luimig en grillig, nu eens speelsch, dan neerslachtig en apathisch, en soms elkander bijna tot waanzin opzettend, heur haar en sluiers verscheurend, zich zorgeloos op hare harde bedden, de rotsen, werpende, elkaar met woeste haast verjagend, en luid schreeuwend van vreugd of wanhoop.

Het is zoo, ook onder de schapen ziet men soms een verwoed stooten tegen elkaar in, en soms kunnen ook de geiten en bokken vredig saam neerliggen; maar als ge naar aard en karakter de twee uiteenhoudt, is het verschil toch sprekend en in het oog loopend. In die eene kudde stilheid, zachtmoedigheid en ernst. Die andere woelig, trotsch en speelsch.

Naast elkander, genietend het water, als in éen zelfden glimlach van welbehagen, zwommen zij, heen en terug; doken onder, speelden speelsch met elkaâr. Oude kerels riepen hun toe, begeerig van oogen. Zij riepen terug, nooit om een woord verlegen. Scherts sloeg op scherts, kwinkslag op kwinkslag, water plaste in zonnegezeef tusschen kwinkslag en scherts.

Ik was student, mijn broer Willem ging nog op het gymnasium, mijn zuster Christien was een speelsch en druk kind van elf jaar, maar ik geloof niet, dat de knapste huishoudster, de verstandigste moeder haar plicht met meer stiptheid en tact zou hebben kunnen vervullen. Zoo ging alles vrij goed tot November van verleden jaar.

Bij ~ijverig~ denkt men aan de opgewektheid en volharding, soms zelfs aan de vurigheid, waarmee men werkt. Een ~ijverig~ leerling tracht ook de moeilijkste les te leeren. ~Naarstig~ komt weinig meer voor; men zegt het vooral nog van kinderen, die niet speelsch zijn, maar hun goeden wil en oplettendheid toonen, om het opgegeven werk naar behooren af te maken.

"Hij is goed, hij is hartelijk, hij is week. Maar hij is vol valsche schaamte; hij wil nooit met een traan gezien worden. Hij verdrijft zijn beter gevoel door luidruchtigheid. Toen hij Hanna trouwde, was zij een speelsch kind, die met zes jonge honden door de plantage liep.

Maar zij kwamen zelden spelen, tenzij haar broeder, de Wind, op het pad was, en overeenkomstig zijn stemming waren zij zacht en speelsch, of ruw en rumoerig.

Het voedsel van deze dieren bestaat bijna uitsluitend uit waterplanten; in vele woningen werden echter ook leeggegeten schelpen van Weekdieren gevonden. Aan gevangen exemplaren merkte Audubon op, dat zij veel van Mossels houden. De Bever-ratten zijn zeer opgewekt en speelsch, als zij zich in haar eigenlijk element, in het water, bevinden.

Voordat hij visscher werd was hij een woeste, bloeddorstige wreedaard, die een walglijken stank verspreidde, zooals alle andere wezels, maar nu leeft hij met iedereen op goeden voet, is helder, is zachtaardig, en wanneer ge een huisdier van hem maakt, wordt hij zoo speelsch als een poesje en zoo trouw als een hond.