United States or Bulgaria ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mijn vader was verstandig genoeg den volgenden dag niet veel over het gebeurde meer te spreken. Toen ik daarover nog mijn leedwezen had te kennen gegeven, verbond hij zich, op mijn verzoek, om die laatste dwaasheid voor den heer Sommerville en zijne dochter te verzwijgen.

Met de vriendelijke vergunning van den heer Sommerville, bracht ik eens Talbot met mij mede, dien ik als volmaakt gentleman in manieren, als man met gezond verstand begaafd, als iemand die eene goede opvoeding had genoten en hooge, voorname kennissen bezat, trotsch was mijn vriend te noemen.

»Omdat ik er dan eene heele verklaring bij had moeten geven," vervolgde ik, haar in mijn vertrouwen nemende; »ik ben de adelborst, die mijnheer Sommerville meent, dat in de Middellandsche Zee is, en ik ben gisterenavond uit mijns vaders huis weggeloopen." Hoewel ik zoo kort mogelijk in mijn verhaal was, had ik nog niet geheel uitgesproken, toen mijnheer Sommerville weer in de kamer kwam.

Toen de tafel afgeloopen was, verwijderde zich de heer Sommerville om daartoe de noodige toebereidselen te maken, en bleef ik eenige oogenblikken met de jonge dame alleen.

Na drie dagen ontving ik een brief van den heer Sommerville, met een van mijnen vader ingesloten. Deze verzocht mij eenvoudig om naar huis terug te keeren en hem te ontmoeten, alsof er niets onaangenaams was voorgevallen. Hier had ik wel ooren na, doch het behaagde mij in mijne nieuwe omgeving te goed om er reeds dadelijk gevolg aan te geven.

Ik bracht bij de familie Sommerville, waar ik door vader en dochter met de meeste hartelijkheid ontvangen werd, eenige zeer aangename dagen door. In dien tijd werd ik het met Emilia eens, dat wij elkaar wederkeerig liefhadden. Bij mijn vertrek schonk zij mij een lok haar, die ik met heiligen eerbied bewaarde. Toch was ik verre van oprecht tegenover dat meisje geweest.

Reeds den volgenden dag begaf ik mij naar den heer Sommerville op weg en werd ook aldaar, zooals te verwachten was, met open armen ontvangen; toen het gezelschap eenige dagen later vermeerderd werd door de aankomst van mijn vader met Clara en Talbot, achtte ik mij den gelukkigsten sterveling ter wereld.

Ik was de woordvoerder en deed hem schudden van het lachen over mijne grappen te Quebec en Prins Edwards Eiland en aan boord. Toen ik van miss Sommerville sprak, zeide mijn vader niet te twijfelen, of zij zou zeer verheugd zijn mij weer te zien, en dat zij thans het mooiste en liefste meisje uit den ganschen omtrek was.

Mijn vader was ten opzichte van Emilia bijzonder vrijgevig op het punt van tafelzilver en juweelen, en de heer Sommerville even vriendelijk tegenover Clara. Ik had het zoo druk en was zoo overgelukkig, dat ik drie weken liet verloopen, vóór ik aan Eugenia dacht.

Ik herinnerde mij flauw dien naam meer te hebben gehoord, en wel door mijn vader, en deed moeite mij te binnen te brengen bij welke gelegenheid dit was geweest, toen de heer Sommerville mij zeide, dat hij thans ook hoopte de eer te zullen hebben den naam te vernemen van den redder zijner dochter.