United States or Macao ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een bezwaar is, dat je dan over het Lawitgebergte moet trekken. Maar die weg lijkt me veel veiliger. En dan moet je probeeren, een paar Kenjaoe-dajaks mee te krijgen; die zijn goed te vertrouwen. Ben je op die manier eenmaal in het land der Sibaoe-dajaks gekomen, dan moet je niet denken, dat je de diamanten ineens maar hebt. Het gevaarlijkste komt dan nog.

»Ik ben een oud man, heer, en heb veel gezien en gehoord. Ik ken de Sibaoe-dajaks maar al te goed. Zij gaan inderdaad met tooverij om. Eens werd een Kenjaoe-dajak gedood door een paar op sneltocht zijnde Sibaoe's. Zijn zoon zette hen na om wraak te nemen. Hij hoopte hen in den slaap te verrassen ten einde ze te dooden. Op een dag waren ze aan den voet van het Lawit-gebergte gekomen.

Toen Kees zijn plan kenbaar maakte, naar het land der Sibaoe's te willen gaan, werd dit door allen met teekenen van schrik en afkeuring ontvangen. Ook hier ontwaarde hij dezelfde gezindheid, als bij de Dajaks, die hij den vorigen avond had gesproken. Na eenig zwijgen zei Petinggi Datoek: »Heer, ik weet niet, waarom u naar het land der Sibaoe-dajaks wilt gaan, maar w

Hij brandde van verlangen, om iets te vernemen omtrent de Sibaoe-dajaks en over den weg, die naar hun land voerde. Maar de berichten waren alles behalve gunstig. Om in het land der Sibaoe's te komen, moest men door een woest gebergte trekken, de Goenoeng Lawit geheeten. Het was een onherbergzaam oord, levensgevaarlijk voor den mensch. Het werd volgens hen bevolkt door de antoe's, de booze geesten.

De man van onzen stam zat hen dicht op de hielen. Plotseling verdwenen ze en vlogen als groote vogels over het gebergte weg.... Daarom kunnen wij nooit vechten tegen de Sibaoe-dajaks." Kees had met verbazing dit verhaal aangehoord. Ofschoon het waarschijnlijk bij alle aanwezigen overbekend was, maakte het blijkbaar opnieuw een diepen indruk op de bijgeloovige zielen der Dajaks.

»Als het dan maar geen koppensnellers zijn, heer; daar heb ik mijn bekomst van." »Dat moeten we afwachten! Maar Sibaoe-dajaks zullen het in ieder geval niet zijn." Terwijl Marti kookte, ging Kees op verkenning uit. Hij beklom één der hoogere heuvels. Op den top gekomen, ontwaarde hij in 't Noorden hooge bergketens.

Hij begon te vreezen, dat al zijn moeite vergeefsch zou zijn geweest, en hij ten slotte onverrichterzake terug zou moeten keeren. »Is die dan niet te gebruiken om in het land der Sibaoe-dajaks te komen?" »Ik weet het niet, heer," antwoordde thans Petinggi Datoek. »Het is mij niet bekend, of men langs dien weg door het geheele gebergte kan komen.

Kees zuchtte. »Dat hangt er van af, welke je bedoelt," zei hij. »Er zijn meer rivieren van dien naam in het binnenland." »Ik bedoel de zijrivier van de Soengei Sibaoe weet je diè?" »Ja," zei Kees. »Ik weet ten minste, dat er Sibaoe-dajaks bestaan. Dat moeten geduchte koppensnellers zijn. Ik ben echter nooit in die streken geweest. Maar wat is er met die Soengei Tekoeng?"

Dan zie je op den rechteroever een hoogen tengkawangboom staan. In dien boom heb ik een merk gekapt en onder de wortels, in een kleine holte, het zakje verstopt." »Mooi," zei Kees. »Maar hoe kom ik het best bij die Tekoeng?" »Je moet niet door het land der Sibaoe-dajaks gaan. Afgezien van hun moordlust zijn er nog andere bezwaren.

»Nou, Lange, je moet dan weten, dat ik eens in het land der Sibaoe-dajaks geweest ben die tusschen twee haakjes gemeene moordenaars zijn . Ik heb daar in 't gebergte in die kleine riviertjes heel wat diamanten gevonden. Maar toen ik er mee naar hier wilde gaan, bemerkte ik, dat die kerels me zeer vijandig werden, omdat ik die steentjes uit hun land haalde. Dat brengt hun ongeluk aan, zeggen ze.