United States or Kuwait ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ja dikwyls zelfs staat de reiziger verbaasd over 't schoone park dat een residentswoning omringt.

De taal is ook onoprecht geworden, gemaskerd, geblanket; valsche munt, geeft zij uit, als zij de beteekenissen verdraait en aan leelijke dingen schoone woorden schenkt.

Wat is de hoop toch een schoone zaak! Ze troostte mij eensklaps over het verlies van mijn goed. Wel verre van mijn gevangenschap als een ongeluk te beschouwen, dat misschien tot het eind van mijn dagen zou voortduren, scheen ze mij nu een middel, waarvan de fortuin zich wilde bedienen, om mij tot een hooge betrekking te verheffen.

Terwijl ik bij Canmore de schoone omtrekken van den Drie-Zusters-berg bewonderde, zag ik twee jonge priesters, die zich in het Fransch met elkaar onderhielden. Op reis maakt men spoedig kennis. Wij stelden ons aan elkander voor.

Het burgerschap is bij ons als een dam, omringd door vele wateren: deels schoon, deels vuil, maar het water binnen den dam moet zuiver zijn en zuiver blijven. Het gaat dus niet aan, al het buitenwater tegelijk te doen instroomen; wij moeten het langzaam filtreeren, om het schoone water binnen te laten, en het vuile buiten den dam te houden."

Zijne ademhaling was diep en zwaar; zijne aderen waren dik gezwollen; zijn hart klopte hoorbaar, en telkens ontvlood een diepe zucht aan zijn geprangd gemoed. Eenige minuten bleef hij in dezen toestand; toen stond hij eenigszins bedaarder op; nam de citer ter hand; sloeg eenige schoone akkoorden aan, en zong met een welluidende, doch klagende stem, de volgende woorden; Hier zweeg de zanger.

Schilderachtig kronkelt de Eem door de weilanden, en duidelijk onderscheidt men de torens van Soest, Baarn, Hilversum en den watertoren bij Laren. Is dit reeksje van namen niet genoeg aanwijzing, in welk een schoone omgeving Amersfoort is gelegen?

Men zal u niet hard vallen schoone vrouw, nietwaar, gij stondt daar zoo hoog en hoe hooger men staat....! En straks, zal ik de scharen betrachten terwijl zij zich spoeden naar de ververschings-plaats, waar aan menigeen den wensch ontsnapte: dat hij er hartiger bete mocht vinden dan brood en brood maar alleen?

Hij lag, in de armen der schoone houris weggevoerd, op een zacht welriekend leger en strekte met welbehagen zijne leden uit op de zachte rustplaats. Doch de rust was hem niet genoeg; hij verlangde meer.

"Mijn weldoener!" riep Jondrette in vervoering. En hij voegde er zacht bij: "Bezie hem goed, vrouw!" Mijnheer Leblanc had den arm der schoone jonge dame genomen en wendde zich naar de deur. "Tot van avond, vrienden!" zeide hij. "Te zes uren?" riep Jondrette. "Te zes uren precies."