United States or Italy ? Vote for the TOP Country of the Week !


Freule Bertha zou, indien zij Sarah op deze daad betrapt had, want het was Sarah, die achter het gordijn stond, daarin een nieuw bewijs hebben gevonden voor hare stelling, dat eene vrouw niet ophouden kan aan God te gelooven, zonder tevens al hare betere gevoelens uit te schudden. Doch Sarah bekommerde zich niet om zulke gevolgtrekkingen.

"Ga zitten, Ruardi," zeide hij, toen de dokter op het bepaalde middaguur eensklaps voor hem stond. "Gij zijt een man van de klok." "Is uw neef nog niet hier?" "Zoo als gij ziet; maar ik twijfel niet, of wij zullen hem onmiddelijk zien verschijnen. Ik heb Sarah opgedragen hem te verwittigen dat hij u van middag hier vinden zou; en Sarah vergeet zulke dingen niet ligt."

"Gij zult moeten kiezen of deelen, Lidewyde," zeide hij snel, toen hij zich zeker durfde achten dat niemand hen beluisteren kon. "Ik wil niet dat gij zult voortgaan u aldus te emanciperen." "Goede Frederik," antwoordde zij op minachtenden toon, "maak u toch geen hersenschimmen omtrent uw overwigt op mij. Waarom wilt gij niet gelooven dat hetgeen Sarah u herhaaldelijk gezegd heeft waarheid is?

Banaliteiten, dit gevoelde Sarah, waren de gronden, door haar tegen Lidewyde's voornemen om met den dokter te breken aangevoerd; doch de slotsom van hare levenservaring was, dat eene maatschappij, welke leeft van gemeenplaatsen en daarin ademhaalt, in de eerste plaats voor banaliteiten eerbied eischt.

"Binnen!" riep André, die niet zoo verdiept geweest was in zijne meditatien, of hij had onder de hand zijn toilet voltooid, zoodat hij zonder schroom voor den bediende kon verschijnen, dien hij meende voor zich te zullen zien. De deur werd behoedzaam geopend. Het was de gedienstige geest Sarah met een brief in de hand.

Onder de weinige dingen die Sarah nog aan het leven hechtten, behoorde het dagelijksch verkeer met dit van onder een anderen hemel herwaarts overgeplant natuurkind, dat in ons noordelijk klimaat, in onze germaansche maatschappij, niet aarden wilde.

Gij wordt hoe langer hoe duisterder, Sarah." "Mevrouw Dijk is de hoofdpersoon, mijnheer; doch indien zij kennis droeg van hetgeen ik u thans mededeel, zou ik voor altijd hare genegenheid verbeuren. En hare genegenheid is voor mij alles waard.". "Hetgeen gij mij thans mededeelt? Gij deelt mij integendeel niets ter wereld mede, en ik vraag mij nog altijd af wat gij eigenlijk zeggen wilt."

"Nu dan, dokter Ruardi,... doch ik kan er staat op maken, niet waar, dat gij mij niet verklappen zult?" fluisterde Sarah. "Wilt gij zeggen dat dokter Ruardi mevrouw Dijk het hof maakt?" "Wat erger is, mijnheer, hij vervolgt haar met zijne beleefdheden tot in haar eigen huis." "Mij dunkt, tegen dat ongerief is kruid gewassen. Aan lastige minnaars wijst men de deur."

"Zeg mij eens, Sarah," zeide André, eensklaps van toon veranderend, "dokter Ruardi is immers dezelfde persoon, met wien ik u een dezer dagen in den tuin heb zien wandelen?"

Ach, het witte lam mocht wel verbaasd kijken, toen zij haar dood las op een gelaat, dat haar nooit anders dan met liefde had aangezien. Maar het was de schuld van Sarah en moge de vloek van een gebroken man ongeluk over haar brengen en haar het bloed in de aderen doen verdrogen! Niet dat ik mij zelf wensch schoon te wasschen.