United States or São Tomé and Príncipe ? Vote for the TOP Country of the Week !


Haar broeder antwoordde evenwel in hare plaats: »Mijne zuster wil het briefje van Ole Kamp niet verkoopen. In weerwil van uw opdringen en bedreigen weigert zij uw aanbod. Hebt ge verstaan?" »Ja, zeker. Dat was duidelijk genoeg!" »Welnu, maak dan dat ge de deur uitkomt!" »De deur uit?" riep Sandgoïst verbaasd uit. »Zeker, de deur uit!" »De deur uit!"

»Door de dagbladen," ging Sandgoïst voort, »heb ik het wedervaren van een zekeren Ole Kamp, een jeugdig zeeman van Bergen vernomen, alsook die zotte geschiedenis van het loterijbriefje, dat hij aan zijne bruid Hulda toezond op het oogenblik toen de Viken zonk...." Hulda opende den mond, alsof zij spreken wilde.

Dan wordt zij eene gevoelszaak, en.... dat zult gij mij gewonnen geven: het gevoel laat zich niet door cijfers beheerschen." »Dat is juist, mijnheer Hog; maar veroorloof mij als mijne meening te verkondigen, dat uwe beschermelinge zonder dien Sandgoïst haar gevoel duur te staan gekomen zou zijn." »Welke zekerheid hebt gij daaromtrent?" »Maar bedenk dan toch, mijnheer Hog...."

En welk een vroolijke stemming, zoowel bij de bruid als bij Siegfrid, de bruidsjuffer, bij haren vader, pachter Helmboë, bij Joël Hansen, haar aanstaande en ook bij vrouw Hansen, die, gelukkig voor haar, van haren kwelgeest Sandgoïst voor goed verlost was!

»Nummer negenduizend zes honderd twee en zeventig heeft het groote lot van honderd duizend mark gewonnen!" herhaalde de assessor plechtig. »Wie is de houder van dat briefje?" Alles was stil in de zaal. Men durfde ternauwernood ademhalen. »Sandgoïst!" mompelden eenige stemmen met onmiskenbaren afschuw.

»In ieder geval raad ik hem niet bij de trekking tegenwoordig te zijn." »Waarom niet?" »Hij kon er wel eens slecht afkomen." »Zoudt gij dat denken?" »Ja, want de menigte is zeer verstoord op hem. Zij zou hem wel eens wat hard kunnen aanpakken." Zoo waren de praatjes, die onder het volk de ronde deden. Neen, de openbare meening was Sandgoïst niet gunstig. Maar de lezer weet het reeds.

Door de bemoeiingen van dien woekeraar hadden de dagbladen aangekondigd, dat »het beroemd en door de Voorzienigheid tot een gelukkig lot bestempeld loterijbriefje", dat het nummer 9672 voerde, thans in handen was van mijnheer Sandgoïst te Drammen, en dat dit loterijbriefje, hetwelk in het openbaar zou verkocht worden, aan den meestbiedende zou worden toegewezen.

»Neen, niet gemakkelijk, zooals gij zeer juist zegt," hernam Joël. »Onthoud, dat ik iemand ben, die slechts beleefdheden aanneem van hen, die het recht hebben ze te bewijzen!" »Joël," riep vrouw Hansen uit. »Broeder!.... broeder!" kreet Hulda, wier smeekende blik Joël tot zelfbeheersching aanmaande. »Kan ik thans spreken?" vroeg Sandgoïst.

Dat was meer dan Joël in de gegeven omstandigheden verdragen kon, vooral toen hij zijne zuster Hulda hoorde roepen: »Joël!... Broeder!...." »Zult gij het huis verlaten?" vroeg hij knarsetandende. En toen Sandgoïst hardnekkig weigerde heen te gaan, zou hij hem zeker bij den kraag gepakt hebben, om hem buiten de deur te zetten, toen Hulda tusschenbeide trad.

Hij zag slechts Sandgoïst voor zich, en als die man zich nog langer zou verstouten, om eene taal te voeren, zooals hij daar straks in zijne tegenwoordigheid had doen hooren, dan zou hij, de zoon der verdrukte weduwe, zijn toorn niet meer kunnen onderdrukken....