United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


~Medelijdend~ is men, wanneer wij het leed van anderen mede-lijden, meegevoelen, zoodat wij begaan zijn met hun ongelukkig lot en wij hen dus beklagen willen. Dit gevoel behoeft ons evenwel niet te brengen tot het verleenen van hulp, gelijk de barmhartige doet. Gij kent zeker wel de schoone gelijkenis van den Samaritaan.

En kan ik dan al, even gelyk de Samaritaan, geen balsem op alle wonden gieten, ik zal ten minsten het geneesmiddel kunnen aanwyzen, het welk, op eene gepaste wyze gebezigd wordende, de kwaaien van een groot getal lieden geneezen zoude.

Secretarissen van philantropische vereenigingen zijn hem komen vragen om uit een buitenwijk naar het midden van de stad te gaan, en een voorstel te steunen op een openbare vergadering van acht bejaarde heeren en zeven-en-zeventig vrouwen van onzekeren leeftijd, met vier fatsoenlijke bedelaars, die gekomen zijn om te zien of ze niet eenige guldens kunnen leenen van den een of anderen barmhartigen Samaritaan.

De ruïne van de woning van den goedhartigen Samaritaan wordt nu als een schuilplaats voor schaapherders gebruikt. Dat deze Samaritaan een armen broeder, die ziek was, op zijn ezeltje liet rijden en in zijn hut wat te drinken gaf, heeft hem toch wel wat goedkoop eene eeuwigdurende vermaardheid bezorgd.

"Slechts één hielp den gekwetsten koopman, waar de schriftuur ons van verhaalt, en die was een Samaritaan," zeide Ambrosius met nadruk. Onder dit gesprek hadden zij den gekwetste verbonden zoogoed hun mogelijk was: vervolgens plaatste Joan hem in de kar: de grijsaard ging naast hem zitten en hield hem vast, om het zwakke lichaam tegen de al te sterke schokken van het rijtuig te bewaren.

En kan ik dan al, even gelyk de Samaritaan, geen balsem op alle wonden gieten, ik zal ten minsten het geneesmiddel kunnen aanwyzen, het welk, op eene gepaste wyze gebezigd wordende, de kwaaien van een groot getal lieden geneezen zoude.

Is er logen in de gelykenis van den barmhartigen Samaritaan, omdat er misschien nooit een geplunderd reiziger is opgenomen in een samaritaansch huis? Is er logen in de parabel van den zaaier, omdat geen landbouwer zyn zaad zal uitwerpen op een rots?

Veertien jaar geleden had hij als koloniaal dienst genomen bij het Engelsche leger, en in den Transvaalschen vrijheidsoorlog was hij bij Lang-Nek zwaar gewond op het slagveld achtergebleven. Doch een barmhartige Samaritaan had hem gevonden, en voorzichtige handen hadden hem opgenomen en zijn wond verbonden.

En zou hij er geld voor vragen? Of verstrekte hij ze wellicht, de goede Samaritaan, als eene godsgave, uit louter christelijke milddadigheid, dengenen die er naar smachtten? Iemand die grootheid van ziel genoeg bezat om zijne parapluen uit te leenen aan vreemdelingen, zóó iemand kon licht de onbaatzuchtigheid nog eene spanne verder strekken, en zijnen wijn uitgieten pro Deo.

Alzoo dachten wij: Wat de professoren en doctoren hier ook belijden, deze naam zegt ons, door welke gedachte zij worden geleid, deze naam zegt ons, dat zij althans wetenschappelijk en ambtelijk worden geinspireerd door den Geest van den medelijdenden Hoogepriester, Die eenmaal de heerlijke gelijkenis van den barmhartigen Samaritaan sprak.