United States or Malta ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een vloed van emotie kwam plotseling van uit de diepte van Rozeke's hart naar haar gelaat opgestormd. Het hokte in haar keel en vulde met tranen haar oogen.

Eerst vroeg hij nog een tijdlang Rozeke's instemming en goedkeuring voor wat inkoopen en verkoopen betrof; maar ook daarin handelde hij weldra naar zijn eigen, exclusief goeddunken, kocht en verkocht, vroeg of bracht eenvoudig aan Rozeke het geld der ingeslagen of geleverde waren. Het duurde niet lang of koopers en leveranciers onderhandelden uitsluitend en rechtstreeks met hem.

Een hooge kleur schoot plotseling, als een gloed van vuur, over Rozeke's ingevallen wangen en met een uitdrukking van schrik in de oogen staarde zij haar vriendin strak aan. "Joa 't," zuchtte zij dof. De barones had een gebaar van verontwaardiging en opstand. "De schurk! Waarom laat gij u van hem niet scheiden!" riep zij. Rozeke aarzelde, bevend, de oogen vol tranen, niet wetend wat geantwoord.

Het duurde niet lang of van al die vage, leelijke geruchten kwam Rozeke's ouders iets ter oore; en op een zondagmiddag verscheen moeder op de boerderij. Rozeke hoefde haar slechts van verre over het erf te zien aankomen, om dadelijk te merken dat er iets ongewoons ophanden was.

De dokter werd gehaald en moeder bleef voorloopig op de hoeve. Ook Rozeke's oudste broeder nam er tijdelijk zijn intrek om alles voor de begrafenis te regelen. Het was nog een geluk voor Rozeke dat zij van al die narigheid niets merken kon; en een geluk was 't ook dat 't derde kind er nu niet komen zou. Alles werd in stilte volbracht terwijl zij, zwaar ziek, met hooge koorts te bed lag.

Moeder, steeds categorisch in haar optreden, wilde dat zij heel den boel ineens opruimde, dat zij, niet alleen het Geluw Meuleken, die nu trouwens bij haar moeder in het dorp was en bleef, maar ook en vooral Smul en Vaprijsken voor goed aan de deur zette. Doch vader van Dalen en Rozeke's broeders, veel kalmer en wijzer, kwamen daar sterk tegen op en beweerden dat het gekheid wezen zou.

Den vijftienden Augustus, op den dag van Onze Lieve-Vrouwe, werd Rozeke's tweede kind geboren: een meisje. Hoe wonderbaar: het was dan toch precies uitgekomen zooals Alfons het in zijn koorts gedroomd had; en 't kind werd ook onder den naam van Marie gedoopt, ter eere van de Lieve-Vrouw en ook omdat Alfons het in zijn ijlen zoo genoemd had.

De uitgelaten jool verzwakte en verstomde; allen keken met wantrouwend ongenoegen naar den stoeren kerel, die door zijn enkele verschijning de pret gestoord had; en reeds trad Miel, Rozeke's oudste broeder, ondanks haar smeeken, beslist op hem toe, toen eensklaps, in de verte, in 't onzichtbare van den donkeren nacht, een donderend gedruisch, als van een snel-aanrollenden trein, alle hoofden met verbazing om deed wenden.

Een geweldige bons op de voordeur en als onder het rammeien van een heiblok vloog ze open, en Kamiel en Meleken kwamen binnengestormd. Met één machtigen ruk trok de stalknecht Smul van Rozeke's lijf, gooide hem als een pak in den hoek bij den haard, sprong op hem toe en hield hem daar onder bedwang, terwijl Meleken haar als zinneloos gillende meesteres optilde en naar het achterhuis droeg.

"D'r zijn euk storsen aan de veisters die ge keunt loate zijnken," zei Rozeke. En zij liet een der grijze rolgordijnen neer. Toen ging ze naar het bed en trok het omhangsel heelemaal dicht, als iets dat zij afsloot. Jonkvrouw Anna was reeds in de woonkamer terug.... Groot was Rozeke's kwelling al die dagen en vooral dien woensdag steeg haar angst ten top.