United States or Finland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Thasus, Thasos, eiland nabij de thracische kust tegenover den mond van den Nestus, een eiland, rijk aan wit marmer en hout, oudtijds ook aan koren, wijn en goud. De goudmijnen, door de Phoeniciërs ontdekt, zijn geheel uitgeput. Het werd in de 7de eeuw van uit Parus gekoloniseerd.

Wat de Engelschen in onzen tijd zijn, dat waren de Phoeniciërs in de oudheid. Reeds elf eeuwen vóór onze tijdrekening durfden ze met hunne schepen de tegenwoordige Straat van Gibraltar uitzeilen. Zij stichtten volkplantingen op de eilanden der Middellandsche Zee en de noordkust van Afrika. Het beroemde Carthago, waarvan we later zullen spreken, was ook door hen gesticht.

De kolonie, die de Phoeniciërs op Malta stichtten, was een van hun meest welvarende stichtingen; spoedig werd ze beroemd om haar handel, haar rijkdom en de pracht harer tempels. Daar werden, evenals in Phoenicië aangebeden de goden Mytharas, Isis en Osiris.

Dit opschrift leert ons, dat de Hercules, die op Malta werd aangebeden, er ook wel Archegetes werd genoemd, dat hoofd of leider beteekent, en Melkarthos of Melkart, dat is "machtig koning." In het jaar 736 v.C. werden de Phoeniciërs van het eiland verdreven door de van Sicilië gekomen Grieken. Dezen gaven aan het eiland den naam van Melita.

Die ontgonnen mijnen versterkten hem derhalve alleen in zijn dwaalbegrip, maar wij, die weten, dat hij dwaalde, staan bij die ontginning der goudmijnen nog altijd voor eene vraag, die niet beantwoord is. Waren het de Egyptenaren, de Phoeniciërs, de Israëlieten, de Grieken, de Karthagers of de Romeinen?

De Bijbel noemt die onverklaarbare, algemeene volksbegeerte zoo kernachtig »de volheid der tijden«. Phoeniciërs vonden den weg om Afrika, en die weg werd vergeten; Noormannen ontdekten een aanzienlijk deel van Amerika en dat land werd onbekend.

De Arabieren van Maskate, die de Phoeniciërs opvolgden als bevaarders van den Indischen Oceaan, zochten voor hun schepen een schuilplaats te Zanzibar; zij zagen daarin een uitmuntende, veilige wijkplaats, op natuurlijke wijze door de zee verdedigd, van waar uit ze het zwarte werelddeel binnen konden gaan, dat hen aanlokte, maar waar ze zich niet durfden vestigen uit vrees voor de aanvallen der stammen van de Massaï's.

Het had een heerlijk klimaat, bijna geen dag ging voorbij zonder zonneschijn; onder de voortbrengselen telde men marmer, scheepstimmerhout, wijn, vijgen en heerlijke visch. Als oudste inwoners worden de Telchinen genoemd, die met het eiland uit de zee waren verrezen, en de Heliaden, vervolgens kwamen ook Phoeniciërs en Aegyptenaars.

Evenals te Oea en Leptis Magna waren ook hier de Phoeniciërs de stichters, die er een karakteristieken naam aan hebben gegeven, want Sabathra beteekent Korenmarkt. De Romeinen maakten er een gemeente van en verhieven de plaats tot kolonie. De moeder van Titus en Justinianus, die er beiden geboren werden, stelde bijzonder veel belang in de stad.

Hoe kan een land, dat Phoeniciërs, Grieken, Romeinen, Vandalen, Gothen, Arabieren, Spanjaarden en Portugeezen na elkander in den loop der eeuwen bezet en bewoond hebben, nu nog oprijzen in den tijd, dien wij beleven, als een levend gebleven stuk oudheid?