United States or Puerto Rico ? Vote for the TOP Country of the Week !


Naar de drie andere prauwen keek ik niet meer, die waren kleiner, die gaf ik verloren; helpen was onmogelijk geweest, wij hadden genoeg aan onszelf. De heele kloof van 2 KM. waren we in een paar minuten door. Toen ademde ik op, de kloof was uit, we passeerden het oude vervallen Motorbivak. Ik hield er stil, wachtte op de anderen. Makatipu kwam, een poosje nog, en toen de anderen, een voor een.

Er passeerden weinig menschen op de gracht. De heer de Stuwen zat voor de tafel in de binnenkamer. Het kolomkacheltje brandde flauwtjes. De gasbekken waren boven het grijze hoofd ontstoken en hij las de krant onder 't soppen van een tafelbeschuitje in een juist weêr volgeschonken nagemaakt blauw Saksiesch theekopje.

We passeerden de ruïnen van Koendar en Hauzdar, en we kampeerden te Asak-Sjah, waar wij eenige bronnen met vrij goed water aantroffen, in de buurt waarvan groote kudden schapen graasden. We waren nu dicht bij het bewoonde Seïstan. Over een grasvlakte rijdend, kregen wij weldra het eerste besproeiïngskanaal te zien, dat wel 5 M. diep was.

Wij zetten dus koers naar de westkust van Mallicolo, passeerden weer de Maskelyne-eilanden en sloegen vervolgens eene noordelijke richting in. De westkust vertoonde een dor, verlaten aanzien.

Die laatste kwamen vooral voor op de berghellingen, die wij op korten afstand passeerden. De hellingen zagen er kaal uit; de vlakte met veel stroohutten, lag doodsch en somber onder een grijzen hemel, die als een oven van hitte dampte.

De storm ging vergezeld van een benauwende warmte, voor een groot deel het gevolg van het feit, dat wij ons vlak bij den Equator bevonden. Des Maandags echter, toen wij den Equator passeerden, was het vervelend koud; door de nu en dan hevige regenbuien en den sterken wind was de lucht flink afgekoeld.

Het was in zijn soort een heel goed hotel, bij wat wij in Arabië ondervonden hadden zelfs zindelijk te noemen, maar het was een hotel van den zooveelsten rang, in Baedeker, die wij den volgenden morgen reeds om acht uur kochten, aangeduid onder de rubriek: "en dan nog verscheiden hotels van minder gehalte". Wij passeerden er een zeer onrustigen nacht, waren den volgenden morgen reeds om zes uur kant en klaar om bij het eerste morgengloren er op uit te trekken een Baedeker te koopen en een beter hotel op te sporen.

Wij passeerden daarna langs een zeer sterke helling den doorgang, die bekend is onder den naam Hanaki-pas; de top is 1020 M. hoog. Van daar deed het dal, dat wij juist waren doorgegaan, zich voor als een reliëfkaart; op den achtergrond verhief zich de Sonar Dagh. Overal om ons heen waren sneeuwvelden, en de wolken dreigden met nieuwen voorraad.

Nette huisjes en miniatuur toko's van hout en gaba-gaba opgetrokken, waarin Ternatanen en Chineezen hun handel dreven, lagen aan weerzijden; we passeerden een pasar, waar veel inlanders, mannen en vrouwen, kochten en verkochten en ons in 't voorbijgaan nieuwsgierig aankeken.

In den ochtend van den vierden dag na dezen, op 11 November, passeerden wij Motorbivak. Daar was het verval reeds leelijk ingetreden; geen wonder bij een bivak, dat sinds ruim twee maanden verlaten was. Nu door de eerste kloof. Zij was vrij moeilijk, er was blijkbaar druk van boven, doch alles marcheerde zonder ongelukken.