United States or Poland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Die man dan hoorde Vader aan, informeerde naar de adressen, noemde Vader een gek, dat hij niet van dien rijkdom profiteerde, hij zou 't hem wel anders, leveren, en zoo voort en zoo voort. Vader liet zich niet opwinden, wilde geen misbruik maken van den naam zijner moeder, om daardoor geld los te krijgen, berustte liever in zijn armoede.

Sommigen moeten erg veel moeite doen, moeten vragen, aandringen, lastig zijn, flikflooien, grijnslachen, schreeuwen, druk doen, zich opwinden, maar anderen staan er, zonder gebaar, met een enkel woord uit hun momplende monden vermogend te worden. Velen spelen er met helsche vreugd, anderen lijden inwendig en geheim, doen wanhoops-coupen met droge oogen en trekkende monden.

Het Orloge onzer vriendschap staat maar wat stil, doch de eene of andere heusche vriend zal het wel weêr opwinden, en dan zal het weêr zo fix wyzen, en zo krek lopen als immer. Ik schryf u des maar in voorraad. Ik zou zelf besluiten kunnen om u deezen te zenden, zo gy my alleen beledigt hadt.

In een oogwenk was hij naar boven en weer op straat. Hoera! Maar nu werd het een schande, als je achterbleef. De andere jongens hadden 't gewaagd, jij moest het ook doen. Doch 't werd hoe langer hoe gevaarlijker. Natuurlijk had »die kerel" ons al lang in de gaten gehad. Hij had zich zeker al staan opwinden van drift en woede.

"Eva, je moet je niet zoo opwinden," zegt Helmond met een vriendelijk dreigen: "we begrijpen wat je bedoelt, maar waarlijk je slaat met die voorbeelden mis. In 't klooster was Karel zoomin werkelijk keizer als Napoleon het was op St.-Helena, of de ongelukkige Marie Antoinette koningin op het bloedig schavot."

In zijn plaats zou ik de zaak eenvoudiger behandelen en niet telkens mijn machine opwinden; ik zou regelrecht het menschdom bestieren, en de mazen doorbreien, zonder den draad te breken; ik zou geen buitengewone hulpmiddelen aanwenden. Wat gijlieden den vooruitgang noemt, beweegt zich door twee drijfveeren, de menschen en de gebeurtenissen.

Angstig trok Fietriene hem van den heuvel weg. "Nee, nee, Papatje, nee, nee, Papatje, ge moogt u niet zoo opwinden," suste en smeekte zij. "Kom, kom, we gaan terug naar huis, 't is hier niet goed voor u, 't wordt hier te koud." Hij liet zich meetrekken. Zijn toorn viel ineens en hij zakte in elkaar, als een oud, versleten man.

De een had drie centen, een ander een kwartje, een derde 'n cent enz. enz.; de meesten echter hadden evenals Kitty, niets. De hoofdonderwijzer kwam spoedig dood kalm terug: "Hier Lena, daar is het verloren schaap weêr," zei hij tot het overgelukkige kind, terwijl hij haar den gulden overhandigde. "Je moet verder maar eerst goed zoeken en je niet dadelijk zoo opwinden," vermaande hij.

Ze kon zich niet meer opwinden tot hopen en verlangen, tot geestdrift voor liefde en goedheid...; haar gedachten waren traag en zwaar, loodzwaar als haar leden; ze zag op tegen de dagen als tegen een pijniging, en telde de uren en minuten tot het soms scheen of de tijd stil-stond.

En tracht haarkloverige dialectiek zich uit alle macht aan hem op te dringen, hij laat zich niet opwinden, hetzij tot een geestdriftvol "ja" knikken, hetzij tot een verontwaardigd "neen" schudden, maar geeuwt, met, o, welk een grooten en, o, welk een gezonden geeuw. Het is vertwijfelingswerk, het pogen, hem mee te krijgen in welke futiele en knutselige geestesstrooming ook.