United States or Guernsey ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ten tweede echter, kwamen de letterkundig deugdelijke deelen te berde, die toch wegens onvoegzaamheid of onzedelijkheid moesten verwijderd worden. Dit was eene verdrietelijke scheiding. Een roman als deze is evenwel niet een Geheel van dien aard, dat hij, gelijk een beeld of een muziekstuk wel bedorven zoude worden door de uitneming van enkel kleine stukken.

Er bestaat hier slechts een uitwendige overeenstemming, maar te gelijk een diepgaand verschil met Finne, die de onzedelijkheid om haars zelfs wille schildert. Obstfelder zoekt de ziel der bevlekte en vindt, dat deze in de uitzonderingsexemplaren, die hem belang inboezemen, juist door het leed, dat met het onreine leven gepaard gaat, gelouterd en reiner kan wezen dan die van normale individuen.

De armere klassen kunnen zich de weelde niet veroorloven, hun vrouwen op te sluiten, en zij trachten de deugd bij de vrouwen en meisjes te handhaven door barbaarsche straffen, niet enkel voor wezenlijke onzedelijkheid, maar ook al voor elke inbreuk op het decorum.

Wij zouden ook kunnen spreken over de onzedelijkheid van het dansen, maar wij zijn bevreesd voor de verontwaardiging van hen, die ons als vunzige zielen verre van zich zouden terugwijzen, omdat wij 't waagden het reine en verhevene met onze onreine gedachten te bezoedelen! Daar zijn er, die 't dansen afkeuren, omdat 't dansen van Herodias' dochtertje Johannes den Dooper den dood heeft gebracht.

Alweder heb ik te haastelijk geoordeeld en daardoor onwetend eene inrichting met den naam van onzedelijkheid besmet die dit in geenen deele verdient. Nadaniël had gelijk er is niets onfatsoenlijks in, zelfs een klein gedans, dat ze hier *kan-kan* noemen vond ik zoo grappig dat ik over de rarigheid die er aan kleeft heenstapte.

Had ik dus geen reden om in mijn hart bekommerd te zijn over uw zoon? In kringen waar de onverhulde onzedelijkheid in zwang is en als het ware recht van bestaan gekregen heeft.... OSWALD. Ik zal u eens iets zeggen, dominee. Ik ben een vaste zondagsgast geweest in een paar dergelijke ongeregelde huisgezinnen.... DOM. MANDERS. En dat op zondag! OSWALD. Ja, dat is de dag waarop men zich amuseert.

Wij willen zelf om den disch zitten, en gij moogt onze vaten wasschen." Goed, goed. Er is eenmaal een Meester geweest, die zich niet ontzag, neen, die zijn grootheid openbaarde, door vrijwillig de minste te zijn en zijn discipelen de voeten te wasschen. Nooit onteert het werk den man. Wij worden alleen ontroerd door eigen onzedelijkheid.

Maar na Bertie's weigering scheen het, dat Frank voor het eerst de scheeve verhouding inzag, waarin hij Bertie geplaatst had tegenover zichzelven en de maatschappij; zijne goedigheid om een armen vriend een jaar lang te hebben laten leven als een vermogend jongmensch, scheen hem nu, verlicht in de klaarte zijner mooie liefde, die geheel zijn innerlijk wezen had gelouterd, vernieuwd, herschapen, eene ontzettende onzedelijkheid toe; een trappen op alle wetten der eerlijkheid en waarheid, eene immoreele spotdrijverij met het goed vertrouwen der wereld.

Merkwaardig mag men het noemen, dat waar Casper reeds toen verkondigde, dat homosexualiteit en uranisme niet altijd de gevolgen zijn van zedebederf en van onzedelijkheid, de tegenovergestelde opvatting door de jaren heen, niettegenstaande de tegenwerpingen van den kant der nieuwere onderzoekers ingebracht, tot nu toe heeft stand gehouden.

Treuzelaars van allerlei slag dringen de studeerkamer van een dominee binnen bij voorkeur vóór twaalf uur 's morgens, omdat zij dan zeker zijn hem thuis te vinden, en leggen hem in verbazend lange verhalen uit, dat wij de afstammelingen van de verloren tien stammen zijn; dat alle onzedelijkheid reeds lang uit de wereld verdwenen zou zijn, als wij maar wortelen in plaats van vleesch aten; dat het werk, gedaan door zeker iemand, wiens naam de dominee niet kan uitspreken op een plaats in Klein-Azië, waarvan hij nooit gehoord heeft, het allerbelangrijkste is onder dat der uitwendige zending, altijd alleen afgaande op de mededeelingen van den man, die het salaris beurt in Klein-Azië.