United States or Qatar ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zijn innemende aristocratische persoonlijkheid en zijn toekomstige positie in de wereld werkten niet zoozeer op haar, als wel op moeder...." Lewins gelaat betrok. De oude wond in zijn hart deed hem weer even veel pijn, als toen hij ze pas had ontvangen. "Wacht eens, wacht eens!" zeide hij, Oblonsky in de rede vallend, "gij zegt zijn aristocratische persoonlijkheid.

"Stoor ik je?" vroeg Stipan, dien bij den aanblik zijns zwagers een hem anders onbekend gevoel van verlegenheid beving. "Neen. Verlang je iets?" vroeg deze onvriendelijk. "Ja, ik wilde.... Ik moet ja, ik moet met je spreken," stamelde Oblonsky, zelf over zijn ongewone schuchterheid verwonderd.

"Wat schreeuwt daar zoo?" vroeg Oblonsky en richtte Lewins opmerkzaamheid op een lang gerekten, gedempten toon, die aan het gieren van een fijne kinderstem deed denken. "Dat kent ge niet? Wel dat is immers mijnheer Cuwaert .... "Maar nu niet meer gesproken! Hoor! daar komt er al een aangevlogen," riep Lewin luid en legde zijn geweer aan.

Wij eten, drinken, gaan op de jacht, doen niets en hij is altijd zonder verpoozing aan het werk," zeide Wassenka Wesslowsky, in wien heden klaarblijkelijk voor de eerste maal deze gedachte was opgekomen, en die hij dus zeer open en oprecht uitsprak. "Ja, je gevoelt dat, maar geeft hem toch uw goed niet," zeide Oblonsky eenigszins spottend tot Lewin.

"A propos!" zeide Stipan: "Ik wilde u ook nog verzoeken, bij gelegenheid als je Promonsky ziet, een goed woord voor mij te doen. Ik wenschte namelijk de betrekking van commissielid der agentuur van de credietbank der zuidelijke spoorwegen te bekomen." De lange naam dezer betrekking, die Oblonsky zoo na aan het hart lag, was hem reeds zoo eigen, dat hij hem zonder haperen kon uitspreken.

Wij waren steeds met elkander bevriend en nu...." zeide Oblonsky, terwijl hij met een teederen blik dien der gravin beantwoordde en overlegde, met welken der beide ministers zij in nader betrekking stond, om te weten bij wien hij haar verzoeken moest hem aan te bevelen.

Toen men elkander goeden nacht gezegd had, gingen Oblonsky en Wesslowsky nog lang in de allee op en neer, en men hoorde hun stemmen, toen zij de nieuwe romancen, zongen. Lewin, die nu met zijn vrouw alleen was, beantwoordde geruimen tijd haar herhaalde vraag niet, wat hem toch scheelde?

Stipan Arkadiewitsch Oblonsky was naar Petersburg afgereisd en vertoefde daar nu om de plichten te vervuilen, die voor alle staatsbeambten van zelf spreken, maar voor anderen onbegrijpelijk zijn, en zonder welker vervulling het onmogelijk is ambtenaar te wezen, namelijk zich bij het ministerie in herinnering te houden.

Zelfs Sergej Iwanowitsch, die juist de trap opging, scheen hem onaangenaam om de geveinsde vriendelijkheid, waarmee hij Stipan Arkadiewitsch ontving, hoewel Lewin toch wist, dat zijn broeder Oblonsky volstrekt niet lief had of achtte.

Toen Lewin alle zorgen over zijn zaken en zijn gezin achter zich had, gevoelde hij zulk een levensvreugde en blijde verwachting, dat hij niet in staat was te spreken. Oblonsky ging het eveneens. Hij was ook niet spraakzaam. Maar Wesslowsky babbelde onophoudelijk. Terwijl Lewin naar hem luisterde, schaamde hij zich, dat hij gisteren zoo onrechtvaardig tegen hem geweest was.